Siemens UH50 Series Installation Instructions Manual page 26

Breng het rekenwerk gescheiden van de doorstroommeetbuis
aan, bijv. aan de wand. Vorm een lus naar onderen om te
voorkomen dat condenswater langs de aangesloten leidingen
in het rekendeel kan lopen.
Afdekking van de transducer
Afb. 6: Aanbevolen montagepositie bij koudemeting
3.2 Rekenmachine
De omgevingstemperatuur van het rekendeel mag niet hoger
worden dan 55 °C.
watertemperaturen tussen 10 °C en 90 °C kunt u het rekenwerk
aan het volumedeel of aan de wand monteren.
Rekenmachine uitlijnen
Voor het uitlijnen van het rekendeel gaat u als volgt te werk:

Schuif de behuizing naar boven en verwijder hem.

Draai het rekendeel zo, dat u de weergave goed kunt
aflezen.

Schuif het rekendeel in deze stand op de adapterplaat tot
hij vast klikt.
Wandmontage (deelmontage)
Monteer het rekendeel bij watertemperaturen onder de 10 °C of
boven de 90 °C aan de wand.
Afb. 07: Bovenaanzicht en dwarsdoorsnede van de adapterplaat
Afb. 8: Afmetingen rekenwerk
Voor de wandmontage gaat u als volgt te werk:

Haal het rekendeel van de adapterplaat.

Schroef de adapterplaat voor de debietmeter los.

Bevestig de adapterplaat aan de wand.

Schuif het rekendeel er weer op.
Bij uitvoeringen met een verwijderbare besturingsleiding kunt u
deze tijdens de installatie los en weer vast klemmen.

Verbind bij het opnieuw aansluiten alleen gepaarde delen
(volumedeel, rekenmachine) met elkaar.

Houd de juiste volgorde van handelen aan.

Verleng de besturingsleiding niet.
Siemens Building Technologies
Vermijd direct zonlicht.
rot / red
rood / red
blau / blue
blauw / blue
weiß / white
wit / white
Bij
Afb. 9
3.3 Stroomvoorziening
De meter kan naar keuze met een batterij of via een
stroommodule van stroom worden voorzien. De stroommodule
110 V / 230 V is gegoten en voldoet aan beschermingsklasse
II. U kunt de module te allen tijde vervangen.
Steekverbinding
Afb. 10
In de standaarduitvoering is in de fabriek een batterij
ingebouwd.
Let op: Open de batterijen niet. Laat de batterijen niet
met water in contact komen en gebruik ze niet bij
temperaturen hoger dan 80 °C. Gooi gebruikte
batterijen weg op geschikte verzamelplekken.
In de uitvoeringen 110 V en 230 V is in de fabriek een
aansluitsnoer naar buiten gevoerd, die aan de aangegeven
netspanning moet worden aangesloten. De uitvoering 24 V
AC/DC is in plaats
aansluitklemmen.
Batterij monteren
Opmerking: Er mogen alleen door de fabrikant
goedgekeurde batterijen worden aangebracht.
Voor het monteren van de batterij gaat u als volgt te werk:

Druk de vier lipjes van de deksel van de behuizing naar
binnen en verwijder het deksel.

Draai het cijferblad linksom tot de voelbare aanslag.

Klap, zo nodig, het rode vergrendeldeksel om zodat het
passende batterij vak vrijkomt.
Opmerking: Linker vak voor 2x AA-batterijen of 1x C-
batterij, rechter vak voor 1x D-batterij.
Opmerking: De batterijen van grootte AA en C worden
in een houder vastgeklikt.

Plaats de batterij volgens de markering voor de juiste
polariteit in het desbetreffende batterij vak.

Draai het cijferblad terug naar de beginstand.
CE2M5324xx
Vergrendel
deksel
van een kabel uitgevoerd
15.05.2015 24
met