Hitachi UC 7SD Handling Instructions Manual page 12

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 4
ALGEMENTE VOORZORGSMAATREGELEN
1.
De plaats waar gewerkt wordt schoonhouden. Niet
opgeruimde werkplaatsen en werkbanken verhogen
het gevaar van ongelukken.
2.
Voorkom gevaarlijke situaties. Stel het apparaat niet
bloot aan regen of overmatige vochtigheid. Gebruik
het apparaat niet op plaatsen die overmatig dampig
zijn.
Zorg
voor
goede
werkzaamheden.
Gebruik de boor en de acculader niet in de buurt
van brandbare of explosieve materialen.
Voorkom gebruik van de boor en acculader in de
buurt van brandbare vloeistoffen of gassen.
3.
Het gereedschap is niet geschikt voor gebruik door
kinderen of onbevoegden zonder toezicht. Kinderen
dienen onder toezicht gehouden te worden en
mogen in geen geval in de gelegenheid komen met
het gereedschap te spelen. Bezoekers dienen een
veilige afstand te bewaren tot de werkplek.
4.
Onbenodigd gereedschap en de acculader
opruimen. Wanneer het gereedschap en de
acculader niet gebruikt worden, dienen deze op een
hoggelegen of af te sluiten plaats te worden
opgeborgen. Het toestel en de acculader dienen op
een plaats te worden opgeborgen waar de
temperatuur onder de 40°C is.
5.
Wees voorzichtig met het snoer van de acculader.
Het toestel nooit aan het snoer dragen, en aan het
snoertrekkend uit het stopcontact verwijderen.
Bescherm het snoer tegen hitte, olie en scherpe
voorwerpen.
6.
Wanneer de acculader niet gebruikt wordt of
gerepareerd wordt, dient de stekker uit het
stopcontact verwijderd te worden.
7.
Gebruik uitsluitend de bijbehorende acculader.
Gebruik geen andere acculaders om gevaar te
voorkomen.
8.
Alleen gebruik maken van originele Hitachi
onderdelen.
9.
Gebruik de boor en de acculader uitsluitend voor
doeleinden die in deze gebruiksaanwijzing
beschreven zijn.
10. Het gebruik van accessoires en toebehoren anders
dan in deze gebruiksaanwijzing of in de HITACHI
katalogus beschreven zijn, vehoogd het risico op
lichamelijk letsel.
11. Indien het netsnoer beschadigd is, moet dit, om
risico te voorkomen, worden vervangen door de
fabrikant, het onderhoudscentrum van de fabrikant
of ander bevoegd personeel.
Reparaties mogen alleen uitgevoerd worden door
een geautoriseerde service dienst. De fabrikant is
niet aansprakelijk voor schade en/of letsel
veroorzaakt door reparatie uitgevoerd door
ongeautoriseerde service diensten en/of verkeerd
gebruik van het gereedschap.
12. Verwijder geen schroeven of andere onderdelen van
de boor en de acculader om de integriteit van het
ontwerp te verzekeren.
13. Gebruik de acculader met het voltage dat op het
naamplaatje is aangegeven.
14. Laad de batterij altijd op voordat het toestel gebruikt
wordt.
verlichting
tijdens
15. Gebruik uitsluitend de voorgeschreven batterij.
Gebruik geen normale droge-cel batterij, een
oplaadbare of auto-accu voor de boor.
16. Maak geen gebruik van een transformator met een
spanningsverhoger.
17. Laad de batterij niet op met de wisselstroom-
dynamo van de auto of met gelijkstroom.
18. De batterij alleen binnenshuis opladen. De acculader
en batterij worden warm tijdens het opladen, dus
vermijd direkt zonlicht; zorg voor goede ventilatie.
de
19. De onderdelentekening in deze handleiding is
uitsluitend bestemd voor de geautoriseerde service
dienst.
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE
OPLADER
1.
Laad de accu bij een temperatuur van 10 – 40°C.
Een temperatuur van onder 10°C kan overlading
veroorzaken, hetgeen gevaarlijk kan zijn. De accu
kan niet bij een temperatuiur van boven de 40°C
geladen worden.
De meest geschikte temperatuur is tussen de 20 –
25°C.
2.
Wacht ongeveer 15 minuten voordat met het laden
van een andere batterij begonnen wordt.
Laad niet meer dan twee batterij's achterelkaar op.
3.
De accu mag niet langer dan 2 uur achter elkaar
worden opgeladen.
De accu laadt in 1 uur op en het opladen dient
daarna gestopt te worden. Verwijder de stekker
uit het stopcontact.
4.
Voorkom dat stof of vuil in de aansluitopening
van de accuterecht komt.
5.
Demonteer de oplaadbare accu of acculader niet.
6.
Voorkom kortsluiting van de oplaadbare accu.
Kortsluiting kan resulteren in oververhitting. Dit
kan schade of brandgevaar opleveren.
7.
Gooi de accu niet in het vuur. Een brandende
accu kan ontploffen.
8.
Het gebruik van een uitgeputte accu zal de
acculader beschadigen.
9.
Breng de accu naar de dealer waar deze gekocht
werd, nadat deze na oplading onvoldoende kracht
heeft voor praktisch gebruik.
Gooi een ultgewerkte accu niet weg.
10.
Steek nooit een voorwerp in de ventilatie-openin-
gen van de acculader.
Als een voorwerp of ontylambaar materiaal in de
ventilatie-openingen van de acculader wordt gesto-
ken, kan dit resulteren in een elektrische schok
of beschadiging aan de acculader.
Nederlands
11

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

Uc 12sdUc 9sd

Table of Contents