Overspanningsbeveiliging; Zekeringen; Maatregelen Bij Storingen - Dometic Type I Operating Manual

Converters 230v/12v for recreational vehicles
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 9

3.2.3 Overspanningsbeveiliging

De Dometic overspanningsbeveiliging (OVP-
unit, afb. 1) wordt voor de switch-mode
stroomvoorziening geschakeld. Deze beveili-
ging scheidt de toevoer, wanneer de ingangs-
spanning ca. 270 V~ overschrijdt. Aangesloten
apparatuur is beveiligd.
Een rode LED (1) geeft aan, wanneer er spra-
ke is geweest van overspanning.
De Dometic overspanningsbeveiliging herstelt
de stroomtoevoer automatisch, wanneer de
spanning naar een normaal niveau terugkeert.
De LED brandt nog 20 tot 30 min., nadat de
spanning weer een veilig niveau heeft bereikt.
1

3.2.4 Zekeringen

De stroomvoorzieningen kunnen zijn voorzien
van verschillende zekeringen.
Bij de installatie dient u altijd op te letten dat
het opgenomen vermogen per zekering niet
meer mag zijn dan max. 75% van het nomina-
le vermogen van de zekering. Een hoger ver-
mogen kan door de hogere stroom tot over-
verhitting en beschadiging leiden.
Een defecte zekering duidt doorgaans op
kortsluiting of een overbelasting aan de 12V-
uitgang. Dit wordt gesignaleerd door een rode
LED naast de zekering (zie afb. 2), wanneer
een verbruiker is aangesloten.
Een ontbrekende zekering in de zekeringen-
houder wordt ook alleen bij een aangesloten
verbruiker aangegeven. Probeer bij een defec-
te zekering de oorzaak in de 12V-stroomkring
te lokaliseren en het probleem naar moge-
lijkheid te verhelpen.
Schakel voor het vervangen van de zekering
de AC/DC-omvormer uit, of scheidt het appa-
raat van de 230V AC-voeding. Vervang een
defecte zekering alleen door een nieuwe
zekering van het type ATO type LITTLEFUSE.
Schakel de eenheid weer in (zie afb. 2). Neem
contact op met een Dometic servicepartner,
wanneer de zekering er opnieuw uitspringt.
3.3

Maatregelen bij storingen

De 230 V- en 12 V-uitgangen krijgen bij
1
netbedrijf geen voeding; de groene LED
licht niet op.
a. Controleer of de verbinding met het
lichtnet werd verbroken; herstel deze indien
nodig. Controleer of de automatische zeke-
ring is uitgevallen.
Als de 12 V-uitgangen bij netbedrijf geen
2
voeding krijgen.
Afb. 1
a. Controleer de 12 V-steekzekeringen,
defecte zekeringen worden gesignaleerd
door de rode LED. Vervang eventuele
defecte zekeringen door een nieuwe zeke-
ring van hetzelfde type en met dezelfde
stroomsterkte.
b. Controleer of de unit door oververhitting
werd uitgeschakeld; de groene LED licht
niet op. Schakel de unit uit en wacht onge-
veer 2 minuten voordat u de unit opnieuw
inschakelt.
Als de 12 V-uitgangen bij batterijbedrijf
3
geen voeding krijgen.
a. Controleer de 12 V-steekzekeringen,
defecte zekeringen worden gesignaleerd
door de rode LED. Vervang eventuele
defecte zekeringen door een nieuwe zeke-
ring van hetzelfde type en met dezelfde
stroomsterkte.
b. Controleer de batterij en de aansluiting
ervan op de omvormer.
31
Bediening

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

Type ii aType ii b

Table of Contents