Bowers & Wilkins DB2D User Manual page 39

1. Inhoud verpakking
1. DB Series subwoofer
2. Voedingskabel
3. Grills
4. Spikes, ontkoppelingspootjes en rubberen pootjes
5. Documentatie
2. Inleiding
Uw DB Series subwoofer is een extreem
hoogwaardig product dat gebaat is bij zorgvuldige
installatie. We raden u aan de tijd te nemen om eerst
deze handleiding te lezen.
DB Series subwoofers kunnen worden gebruikt
voor laagfrequente toepassingen in zowel
conventionele stereosystemen als home theatre-
systemen. Ze beschikken over een uitgebreid pakket
aan veelzijdige functies die het mogelijk maken
de prestaties zorgvuldig af te stemmen op het
luistervertrek, de luisterpositie en het bronmateriaal.
Deze functies worden hieronder kort beschreven:
Instellingen en besturing
De DB Series subwoofers kunnen alleen worden
ingesteld en bestuurd met de via Bluetooth
verbonden DB Subwoofers-app van Bowers &
Wilkins voor iOS- en Android-apparaten.
Download en installeer de DB Subwoofers-app
op uw iOS- of Android-apparaat voordat u uw
subwoofer gaat instellen. Het is niet mogelijk om de
DB Series subwoofer zonder de app in te stellen of
te gebruiken.
N.B.: Voor de DB Subwoofers-app iOS versie 10
of Android versie 5 of hoger vereist. Bluetooth
moet ingeschakeld zijn in de iOS- of Android-
instellingen.
Afstemming op de ruimte
DB Series subwoofers kunnen hun prestaties
automatisch op de akoestiek van de luisteromgeving
afstemmen.
Meer ingangen
DB Series subwoofers beschikken over RCA Phono
en gebalanceerde XLR stereo analoge ingangen.
Deze ingangen kunnen tegelijkertijd aangesloten
zijn en los van elkaar geconfigureerd worden voor
verschillende systeemtoepassignen.
Niveau-aanpassing
DB Series subwoofers bieden zowel niveau-
als "trim"-aanpassingsmogelijkheden. Via de
trim-aanpassing kunnen de uitgangsniveaus
van verschillende bronnen optimaal worden
afgestemd om zo het subwoofervolume voor
alle ingangssignalen op het volume van de
hoofdluidsprekers af te stemmen.
Low-pass filterinstellingen
DB Series subwoofers bieden low-pass
filteropties voor stereoconfiguraties voor zowel
RCA- als XLR-aansluitingen. Bij het gebruik
van mono- (LFE) aansluitingen moeten de
lagetonenbeheerfuncties van de bronapparatuur
gebruikt worden. Voor stereo-installaties kunnen
de low-pass filterkarakteristieken aan de specifieke
hoofdluidsprekers van Bowers & Wilkins of aan
de specificaties van hoofdluidsprekers van andere
fabrikanten aangepast worden.
Ingangs-EQ
De DB Series subwoofers beschikken over optionele
bestaande equalisatie-instellingen voor muziek- en
filmbronmateriaal. Handmatige equalisatie is ook
mogelijk door middel van een 5-bands equalizer.
3. Uw subwoofer installeren
3.1 Voordat u begint
Volg de instructies voor het uitpakken op de
buitenkant van de verpakking op.
Uw DB Series subwoofer is zwaar: daarom moet het
uitpakken door twee personen samen en dicht bij
de uiteindelijke installatiepositie van de subwoofer
gebeuren.
N.B.: Vanwege de dubbele drivers van de
DB1D, DB2D en DB3D, raden we niet aan deze
subwoofers te installeren in meubilair, zelfs niet
als dit voor dit doel gebouwd is. Indien installatie
in meubilair noodzakelijk is, is het beter om voor
meerdere DB4S-subwoofers te kiezen. De kans
is groter dat dit een goede oplossing oplevert.
U moet er in elk geval voor zorgen dat de
constructie van het meubelstuk sterk genoeg is
om het gewicht van de subwoofer(s) te dragen
en dat er ten minste 20 cm ruimte naast, achter
en boven de subwoofer vrij blijft.
3.2 Plaatsing
Dankzij hun Room EQ-optimalisatiesysteem dat een
minder ideale plaatsing kan compenseren, zijn DB
Series subwoofers wat plaatsing betreft flexibeler
dan de meeste andere subwoofers.
U krijgt echter de beste resultaten als u de DB Series
subwoofer tussen de linker- en rechterluidspreker
of vlakbij één ervan plaatst. De subwoofer aan de
zijkant, maar nog steeds voor de luisteraars plaatsen
is een acceptabel compromis wanneer dit vanwege
de situatie in huis nodig is. De subwoofer mag echter
nooit achter de luisterpositie geplaatst worden.
Afbeelding 1a
Positionering van DB4S in een stereosysteem (2.1)
Als er twee subwoofers gebruikt worden, is het
het beste om er één naast de linkerluidspreker
en één naast de rechterluidspreker te plaatsen.
Afbeeldingen 1a en 1b laten zien hoe de subwoofer
geplaatst kan worden.
N.B.: De DB1D, DB2D en DB3D moeten met de
dubbele drivers zijwaarts gericht staan. De DB4S
moet met zijn enkele driver het vertrek in gericht
staan.
N.B.: Het gebruik van twee subwoofers in één
installatie kan de prestaties verbeteren doordat
de stereoscheiding ook bij de laagste frequenties
wordt behouden, de effecten van resonanties
op lage frequentie van het vertrek zelf worden
afgevlakt en er een hoger maximumvolume
mogelijk is. Als er twee subwoofers gebruikt
worden in een conventioneel stereosysteem,
wordt de stereoscheiding alleen verbeterd
als elke subwoofer vlakbij de desbetreffende
hoofdluidspreker geplaatst is.
N.B.: Zoals bij alle luidsprekers het geval is,
is de afstand tot de muren van de ruimte van
invloed op het geluid van een subwoofer. Het
lagetonenvolume neemt toe naarmate er meer
muren dichtbij zijn. Naarmate er meer versterking
aan de ruimte ontleend kan worden, kan het
volume lager ingesteld worden en hoeft de
subwoofer minder hard te werken.
Zodra de subwoofer op de juiste plek is gezet,
kunnen de prestaties ervan met de Room EQ-functie
geoptimaliseerd worden. Dit wordt beschreven in
hoofdstuk 4.
Afbeelding 1b
Positionering van DB1D, DB2D en DB3D in een
home theatre-systeem (5.1)
39