Motorolie Verversen - Briggs & Stratton 310000 Operator's Manual

Hide thumbs Also See for 310000:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
Onderhoudsschema
Na de eerste 5 uur
2
Olie verversen
Iedere 8 uur of dagelijks
Oliepeil motor controleren
Iedere 50 uur of jaarlijks
1
Luchtfilter reinigen
Voorfilter reinigen (indien aanwezig)
3

Motorolie verversen

Oliefilter vervangen (indien aanwezig)
Onderhoud uitlaatsysteem (indien aanwezig)
Iedere 100 uur of jaarlijks
Luchtfilter vervangen
Bougies vervangen
4
Motorolie verversen
Oliefilter vervangen (indien aanwezig)
1
Koelsysteem onderhouden
5
Klepspeling controleren
Jaarlijks
Luchtfilter vervangen
Bougies vervangen
1
Koelsysteem onderhouden
1
Reinig vaker onder stoffige omstandigheden of wanneer zich veel zwevend vuil in
de omgeving bevindt.
2
Alleen motoren zonder oliefilter.
3
Motoren zonder oliefilter of met zwart standaard-oliefilter (zie de pagina
Specificaties voor het onderdeelnummer).
4
Motoren met hoogefficiënt geel of oranje oliefilter (zie de pagina Specificaties
voor het onderdeelnummer).
5
Alleen nodig bij problemen met de prestaties van de motor.
Voer onderhoud uit aan de bougie.
Zie Afbeelding 6
Controleer de elektrodeafstand (A, Afbeelding 6) met een draadkaliber (B). Stel zonodig
de afstand bij Installeer de bougie en draai deze vast met het aanbevolen aanhaalkoppel
Zie voor afstelling van de elektrodeafstand en het aanhaalkoppel het deel Specificaties .
OPMERKING: *In sommige gebieden schrijven plaatselijke wetten het gebruik voor van
weerstandsbougies om ontstekingssignalen te onderdrukken Indien deze motor origineel
was uitgerust met een weerstandsbougie, gebruik dan voor vervanging hetzelfde type
bougie.
Onderhoud aan het uitlaatsysteem
WAARSCHUWING
Draaiende motoren produceren warmte. Motoronderdelen, vooral geluiddempers,
worden zeer heet.
Ernstige brandwonden kunnen optreden bij contact.
Brandbaar vuil, zoals bladeren, gras en hout, kan in brand vliegen.
Laat geluiddemper, motorcilinder en koelvinnen afkoelen voordat u ze aanraakt.
Verwijder brandbare stoffen die zich in en rondom de geluiddemper en cilinder hebben
opgehoopt.
Overeenkomstig de California Public Resource Code Section 4442 is het verboden
de motor te gebruiken in of in de buurt van bos-, kreupelhout- of grasgebied tenzij
het uitlaatsysteem is uitgerust met een vonkenvanger, zoals gedefinieerd in Section
4442, die in goede staat wordt gehouden. In andere deelstaten of landen gelden
mogelijk vergelijkbare wetten. Neem contact op met de oorspronkelijke fabrikant,
1
3
4
detailhandelaar of dealer voor een vonkenvanger die ontworpen is voor het
uitlaatsysteem dat op uw machine is geïnstalleerd.
Verwijder brandbare stoffen die zich in en rondom de geluiddemper en cilinder hebben
opgehoopt. Inspecteer de uitlaat op barsten, corrosie of andere beschadiging Verwijder
de vonkenvanger, als de machine hiermee is uitgerust en inspecteer deze op beschadiging
of koolverstopping Als u beschadigingen aantreft, installeer dan vervangingsonderdelen
voordat u het apparaat weer gebruikt.
WAARSCHUWING
Vervangende onderdelen moeten identiek zijn aan en op dezelfde positie worden
geïnstalleerd als de originele onderdelen. Andere onderdelen zullen minder goed werken,
kunnen de maaier beschadigen en kunnen letsel veroorzaken
Motorolie verversen
Zie Afbeelding: 7, 8, 9, 10
Gebruikte olie is een gevaarlijk afvalproduct en moet op de juiste manier worden afgedankt.
Voer het niet met het huishoudelijk afval af. Raadpleeg de plaatselijke autoriteiten, het
servicecentrum of uw dealer voor veilige afvoer-/recyclingbedrijven.
Olie verwijderen
1.
Ontkoppel de bougiekabel (D, Afbeelding 7) terwijl de motor is uitgeschakeld, maar
nog wel warm is en zorg dat deze niet in de buurt van de bougie (E) komt.
2.
Verwijder de peilstok (A, Afbeelding 8).
Olieaflaatdop, indien aanwezig
1.
Verwijder de olieaftapplug (F, Afbeelding 9). Laat de olie in een goedgekeurde bak
stromen.
OPMERKING: In de motor is een van de olieaftappluggen (G, Afbeelding 9) geïnstalleerd.
2.
Als de olie is afgetapt, plaats de olieaftapplug (F, Afbeelding 9) en draai vast.
Snelle olie-aflaat, waar aanwezig
1.
Koppel de slang van de snelle olie-aflaat af (H, Afbeelding 10) van de zijkant van de
motor.
2.
Draai de olie-aflaatdop (I, Afbeelding 10) los en verwijder deze. Laat de snelle
olie-aflaat (H) voorzichtig zakken in een goedgekeurde container (J).
3.
Als de olie is afgetapt, plaats de olie-snelaftapplug (I, Afbeelding 10). Koppel de
slang van de snelle olie-aflaat (H) aan op de zijkant van de motor.
Het oliefilter vervangen, waar aanwezig
Sommige motoren zijn voorzien van een oliefilter. Zie voor de vervangingsintervallen het
Onderhoudsschema.
1.
Tap de olie af van de motor. Zie het deel Olie aflaten .
2.
Verwijder het oliefilter (K, Afbeelding 8) en dank dit op de juiste manier af.
3.
Smeer voordat u een nieuw oliefilter monteert de pakking van het oliefilter lichtjes in
met verse, schone olie.
4.
Installeer het oliefilter met de hand totdat de pakking de houder van het oliefilter
raakt en draai het oliefilter dan nog 1/2 tot 3/4 slagen aan.
Vul olie bij. Zie het deel Olie bijvullen .
5.
6.
Start de motor en laat deze draaien. Controleer op olielekkage terwijl de motor
opwarmt.
7.
Schakel de motor uit en controleer het oliepeil. Het oliepeil is juist als het bovenaan
bij de indicator voor vol (B, Afbeelding 8) op de peilstok staat.
Olie bijvullen
Zorg ervoor dat de motor waterpas staat.
Verwijder eventueel vuil uit het olievulgebied.
Zie het deel Specificaties voor de oliecapaciteit.
1.
Verwijder de peilstok (A, Afbeelding 8) en veeg deze met een schone doek af.
2.
Giet langzaam olie in de vulopening voor motorolie (C, Afbeelding 8). Niet te veel
bijvullen. Wacht na het bijvullen één minuut en controleer dan het oliepeil.
OPMERKING: Geen olie toevoegen aan de snelle olie-aflaat (H, Afbeelding 10), indien
aanwezig.
67

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents