Wekelijks
Oliepeil controleren. Bij melkachtige
olie (water in de olie) onmiddellijk de
klantendienst contacteren.
Fijn filter reinigen.
Apparaat drukloos maken.
Bevestigingsschroef van de apparaat-
kap losdraaien, apparaatkap verwijde-
ren.
Deksel met filter eraf schroeven.
Filter met schoon water of perslucht rei-
nigen.
In omgekeerde volgorde weer in elkaar
zetten.
Filter aan de reinigingsmiddel-zuig-
slang reinigen.
Jaarlijks of na 500 bedrijfsuren
Olie vervangen.
Olieverversing
Waarschuwing
Oliehoeveelheid en -soort zie „Technische
gegevens".
Bevestigingsschroef van de apparaat-
kap losdraaien, apparaatkap verwijde-
ren.
Olieaftapschroef vooraan op de motor-
behuizing losdraaien.
Olie in opvangbak aflaten.
Olieaflaatschroef indraaien.
Nieuwe olie langzaam vullen; luchtbel-
len moeten ontsnappen.
Deksel van het oliereservoir aanbren-
gen.
Apparaatkap bevestigen.
Indien nodig
Reinigingsmiddelreservoir leegmaken
en reinigen
Afsluitdeksel voor het reinigingsmiddel-
reservoir met zuigslang eruittrekken.
Apparaat op de achterkant leggen.
Reinigingsmiddelreservoir leegmaken
en reinigen
50
Hulp bij storingen
Gevaar
Gevaar voor letsels door per ongeluk star-
tend apparaat en elektrische schok.
Bij alle werkzaamheden aan het apparaat,
het apparaat uitschakelen en de netstekker
uittrekken.
Elektrische componenten alleen laten con-
troleren en herstellen door een geautori-
seerde klantendienst.
Bij storingen die in dit hoofdstuk niet ver-
meld worden, in geval van twijfel en indien
uitdrukkelijk vermeld, moet een geautori-
seerde klantendienst geraadpleegd wor-
den.
Apparaat draait niet
Aansluitkabel controleren op schade.
Bij een elektrisch defect moet de klan-
tendienst geraadpleegd worden.
Apparaat komt niet op druk
Hogedruksproeier monteren.
Sproeier reinigen/vervangen.
Fijn filter reinigen, zo nodig vernieuwen.
Apparaat ontluchten (zie „Inbedrijfstel-
ling").
Watertoevoerhoeveelheid controleren
(zie Technische gegevens).
Alle toevoerleidingen naar de pomp
controleren.
Indien nodig de klantendienst raadple-
gen.
Pomp ondicht
3 druppels water per minuut zijn toegelaten
en kunnen ontsnappen aan de onderkant
van het apparaat. Bij sterkere ondichtheid
de klantendienst raadplegen.
Bij sterkere ondichtheid het apparaat
door de klantendienst laten controleren.
– 7
NL