Dea NET-EXP Operating Instructions And Warnings page 105

Verbinding voor uitgeschakeld verkeerslicht wanneer de poort gesloten is
POWER
SUPPLY
4 BESCHRIJVING VAN DE STATUS LED'S
LED vaste toestand: De uitbreidingskaart is gevoed en communiceert correct.
LED uit: De uitbreidingskaart is niet van stroom voorzien.
Knipperende LED: De uitbreidingskaart wordt gevoed maar communiceert niet correct.
5 AKTIVIERUNG DES NET-EXP-BOARDS
WARNUNG: Die Verbindung des NET-EXP-Erweiterungsmoduls sollte bei ausgeschalteter NET-Steuerplatine erfolgen.
Volg de onderstaande stappen voor de juiste bedrading en activering van het uitbreidingskaartje:
1. Met de stroom uitgeschakeld, sluit (steek in het geval van NET-
EXP mini, zie afbeelding aan de zijkant) de uitbreidingskaart aan op
de NET24N- of NET230N-besturingseenheid zoals aangegeven en
sluit de meegeleverde kabel aan. Zorg ervoor dat de kabel correct is
aangesloten.
2. Geef stroom aan het bedieningspaneel (de LED knippert).
3. Activeer de uitbreiding door parameter P078 in te stellen op 1.
De brandende LED geeft aan dat de kaart correct communiceert
met het bedieningspaneel. Als het knippert, duidt dit op een
communicatieprobleem (controleer de juiste instelling van de
parameter en of de verbindingskabel beschadigd of losgekoppeld is).
LET OP Door de uitbreiding te activeren, zijn ook de bijbehorende ingangen en uitgangen al geconfigureerd voor een standaardinstal-
latie. Vergeet niet om eventuele ongebruikte N.C. ingangen van de uitbreiding kort te sluiten voordat u andere handelingen uitvoert.
LET OP Bij elke reset van de I/O-instellingen (P010) worden de bovengenoemde parameters standaard gewijzigd (waardoor de uitbrei-
dingskaart wordt gedeactiveerd). Vergeet niet om ze opnieuw in te stellen zoals hierboven aangegeven voordat u andere handelingen uitvoert.
6 CONFIGURATIE VAN INGANGEN EN UITGANGEN
In geval dat de installatie vereist dat er verschillende en/of aanvullende
opdrachten nodig zijn dan wat standaard beschreven staat in de elektrische
schema's, is het mogelijk om elke ingang/uitgang te configureren voor de
gewenste werking.
1. Blader door de parameters met de toetsen [+] en [-] totdat de gewenste
wordt weergegeven;
2. Ga naar de parameter (bijv. P093) door op de knop [OK] te drukken;
3. Stel de gewenste functie in door op de toetsen [+] en [-] te drukken
(raadpleeg de tabel "configuratieparameters" op pagina 106 voor
referentie);
4. Bevestig uw keuze door op de knop [OK] te drukken (P093 verschijnt weer
op het display);
5. Sluit de zojuist geconfigureerde verbinding aan.
LET OP Aan het einde van de programmeerprocedure, gebruik de [+] en [-] knoppen totdat het symbool "- - - -" verschijnt; het systeem
wacht nu op opdrachten voor normale werking.
25
26
27
RED LIGHT INT 28
GREEN LIGHT INT 29
30
RED LIGHT EXT 31
GREEN LIGHT EXT 32
33
34
SAS_OUTPUT 35
36
LET OP: Om een correcte werking te garanderen, wordt aanbevolen
om de volgende parameters in te stellen op de NET-besturingseen-
heid: P053=0 en P078=1. Het wordt aanbevolen om te verwijzen
naar de handleiding van de NET-serie besturingseenheid die in ge-
bruik is voor gedetailleerde instructies over hoe deze parameter-
wijzigingen uit te voeren.
IN6 C IN5 C
NET24N - NET230N
NET-EXP
IN4 C IN3 C IN2 C IN1 C
103