Velleman DVM040 User Manual page 32

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
Opmerkingen
De gemeten waarde van een weerstand in een schakeling verschilt
gewoonlijk van de nominale waarde van de weerstand, omdat de
teststroom van de meter door alle mogelijke paden tussen de
sondepunten loopt.
Voor de grootste nauwkeurigheid bij het meten van lage weerstanden
moeten beide meetsnoeren voor de meting worden aangesloten en
moet deze weerstandswaarde van de meetsnoeren worden afgetrokken.
Bij hoge weerstandsmeting kan het enkele seconden duren voordat de
meter de metingen stabiliseert.
In het open circuit, de meter display OL om de over bereik aan te
geven
10.4 DIODE- EN CONTINUÏTEITSTEST
Voer geen diode- of continuïteitsmetingen uit op circuits onder
spanning. Zorg ervoor dat alle condensatoren in het circuit leeg zijn.
1.
Zet de draaischakelaar in de stand
2.
Steek de banaanstekker van de zwarte testkabel in de negatieve COM
aansluiting, steek de banaanstekker van de rode testkabel in de
positieve "°C/°F V 
3.
Plaats het rode meetsnoer op de anode van de diode en het zwarte
meetsnoer op de kathode van de diode, de meter zal de ongeveer
voorwaartse spanning van de diode aangeven, de sperspanning zal OL
aangeven.
4.
Raak de punten van de testsonde aan het circuit of de draad die u wilt
controleren, de maximale waarde van de te controleren weerstand
wordt getoond op het display, als de weerstand minder is dan 100Ω,
klinkt het geluidssignaal.
Opmerkingen
In een schakeling zou een goede diode een spanningsuitlezing in
voorwaartse richting moeten geven, maar de uitlezing in
achterwaartse richting kan variabel zijn, afhankelijk van de weerstand
van andere paden tussen de sondepunten.
Meet, om elektrische schokken te voorkomen, nooit de continuïteit op
circuits van draden met spanning.
V. 01 – 04/05/2023
DVM040
Hz % mF" aansluiting.
32
©Velleman Group nv

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents