Instructies Voor De Installatie - Kidde 0915 Manual

0915 etc Guide 23/8/01
Bij installatie in een
gang, moet de "A"-lijn
parallel aan de gang
liggen.
FIGUUR 1
Uitlijningsmarkeringen
FIGUUR 3

3. INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATIE

LET OP: HET TOESTEL IS AFGEDICHT. HET DEKSEL KAN ER NIET AF!
1. Haal de montageplaat van de achterkant van het alarm af door de montageplaat vast te
houden en het alarm te draaien in de richting van het pijltje "OFF" op het alarmdeksel.
2. Om te zorgen voor esthetische uitlijning van het alarm met de gang of muur, moet de "A"-
lijn op de montageplaat parallel liggen aan de gang bij plafondinstallatie of horizontaal
liggen bij muurinstallatie.
3. Nadat u de juiste plaats bepaald hebt, zoals in hoofdstuk 1 omschreven wordt, moet de
montageplaat zoals in figuur 1 op het plafond gemonteerd worden. Zie figuur 2 voor
muurinstallatie. Plaats de montageplaat tegen de muur. Zorg dat de tekst en het pijltje
"UP FOR WALL MOUNTING" (OMHOOG BIJ MUURINSTALLATIE) omhoog wijzen.
Bevestig de montageplaat met de meegeleverde schroeven en verankeringen.
4. Op de binnenkant van de batterijklep staan instructies voor batterijplaatsing. Volg de
instructies voor correcte plaatsing van de rookalarmbatterij.
5. Bij het plaatsen van de batterij, moet deze veerarm in de batterijhouder gedrukt worden
en de batterij geplaatst (zie figuur 3).
6. Op de rand van de montageplaat en het alarm
bevinden zich uitlijningsmarkeringen. Nadat de
montageplaat is aangebracht, moet het alarm
met de uitlijningsmarkeringen omhoog op de
montageplaat bevestigd worden. Draai het alarm
in de richting van het "ON" pijltje op het
alarmdeksel (zie figuur 4) totdat het dichtklikt.
7. GEBRUIK VAN DE VERGRENDELPIN: Om uw
rookalarm extra te beveiligen, is er een vergrendeling meegeleverd in het zakje met de
schroeven en de verankeringen. Deze vergrendelpin belet kinderen en anderen om het
alarm van de montageplaat af te halen. Steek de pin in het gat in de zijkant van het alarm
nadat het alarm op de montageplaat bevestigd is (zie figuur 5).
OPMERKING: OM DE BATTERIJ TE VERVANGEN MOET DE VERGRENDELPIN
VERWIJDERD WORDEN. TREK DE PIN MET BEHULP VAN EEN LANGE TANG UIT HET
GAATJE. U KUNT HET ALARM NU VAN DE MONTAGEPLAAT AFHALEN.
8. Na de installatie moet het alarm getest worden door de testknop enkele seconden
ingedrukt te houden of door rook in het alarm te blazen. Het alarm hoort nu af te gaan.
10
11:22 am Page 10
Bij installatie op een
muur, moet de "A"-lijn
horizontaal liggen en
moet het "UP FOR
WALL MOUNTING"
(OMHOOG BIJ
MUURINSTALLATIE)
FIGUUR 2
pijltje omhoog wijzen.
Verwijderen
Installeren
FIGUUR 4
FIGUUR 5
Vergrendelpin extra beveiliging
LET OP! VROEGE DETECTIE VAN BRAND WERKT HET MEEST EFFICIËNT WANNEER ER IN ALLE
KAMERS EN RUIMTEN VAN HET HUIS BRANDALARMS AANWEZIG ZIJN, VOLGENS DEZE
OPSTELLING: EEN ROOKALARM IN ELK SLAAPGEBIED (IN DE BUURT VAN - MAAR BUITEN DE
SLAAPKAMER) EN WARMTE- OF ROOKALARMS IN DE WOONKAMER, EETKAMER, KEUKEN,
GANGEN, ZOLDER, KETELRUIMTE, TOILETTEN, BERGINGEN, KELDERS EN AANGEBOUWDE
GARAGES.
4. WERKING EN TESTEN
BEDIENING: Met een volle batterij en na het testen is het rookalarm in werking. Bij detectie van
verbrandingsproducten, laat het toestel een pulserend alarmgeluid van 85db horen totdat de
lucht zuiver is.
ALARMPAUZE-REGELEENHEID: Verkrijgbaar bij de modellen 0916, 0916LL en 0918. De
"Alarmpauze" knop heeft de mogelijkheid om het alarmcircuit tijdelijk te desensibiliseren
gedurende ongeveer 7 minuten. Deze knop dient alleen gebruikt te worden als bekend is
waarom het alarm afging, bijvoorbeeld tijdens het koken. Het rookalarm wordt minder gevoelig
door de "ALARMPAUZE" knop op de deksel van het rookalarm in te drukken. Als de rook niet
te dicht is, zal het alarm onmiddellijk stoppen en elke 30-40 seconden "piepen" gedurende
ongeveer 7 minuten. Dit geeft aan dat het alarm tijdelijk minder gevoelig is. Het rookalarm
wordt na ongeveer 7 minuten automatisch weer ingeschakeld en zal weer afgaan als er nog
steeds verbrandingsproducten aanwezig zijn. De "ALARMPAUZE" knop kan net zo vaak
gebruikt worden totdat de lucht weer helemaal zuiver is.
ROOD KNIPPERLICHT: Dit rookalarm is uitgerust met een rood knipperlicht. Het lampje
bevindt zich onder de testknop en knippert elke 30-40 seonden om aan te geven dat het
rookalarm gevoed wordt.
NOODVERLICHTING: Het model 918 heeft noodverlichting. Als de ionisatiekamer van het
rookalarm rook opmerkt, zal het alarm-signaal van 85db afgaan en zal de noodverlichting gaan
branden totdat de detectiekamer vrij is van verbrandingsproducten.
TESTEN: Test het alarm door tenminste 2 seconden op de testknop op het deksel te drukken.
Als de bedrading, het alarm en de batterij in werking zijn gaat het alarm hierdoor af. Als er geen
alarm afgaat, zijn de batterijen leeg of is er een andere storing. U kunt het alarm ook testen
door er rook in te blazen.
TEST HET ALARM WEKELIJKS OF NA EEN LANGE PERIODE VAN AFWEZIGHEID. OP EEN
GOEDE WERKING. Onregelmatig of zacht alarmgeluid kan duiden op een storing en in dit
geval moet het alarm teruggezonden worden voor onderhoud (zie hoofdstuk 9).
5. ALARMOVERLAST
Rookalarms zijn ontworpen voor zo min mogelijk overlast. Het alarm gaat meestal niet af door
sigarettenrook, tenzij de rook direct in het alarm geblazen wordt. Verbrandingsdeeltjes die bij
koken vrijkomen kunnen het alarm activeren als het zich dicht bij het kookgebied bevindt. Er
komen grote hoeveelheden verbrandingsdeeltjes vrij bij kokend water of overkoken. Gebruik
van een afzuigkap boven het fornuis (niet hercirculerend) helpt ook om verspreiding van deze
verbrandingsproducten door de keuken te vermijden.
Als het alarm afgaat, moet u eerst naar brand zoeken. Als er brand is, moet u naar buiten gaan
en de brandweer bellen. Als er geen brand is, moet u controleren of één van de redenen in
hoofdstuk 2 de oorzaak van de activering geweest is.
Modellen 0916, 0916LL en 0918 zijn uitgerust met een "ALARMPAUZE" knop die handig is in
de keuken of in andere gebieden waar kans is op loos alarm.
6. ONDERHOUD
BATTERIJVERVANGING
Bij gebruik van de vergrendelpin, zie VERGRENDELPIN EXTRA BEVEILIGING in hoofdstuk 3
voor instructies om hem te verwijderen.
Om de batterij te vervangen, moet het alarm van de montageplaat afgehaald worden door het
alarm te draaien in de richting van het "OFF" pijltje op het deksel (zie hoofdstuk 3, figuur 1).
11