Advertisement
Available languages
Available languages
OPMERKING: Controleer of de batterijen op
de juiste manier werden geplaatst, met de
juiste polariteit.
Opstelling (accu laden)
1. Lokaliseer het batterijccompartiment aan
de achterkant van de laser (Afb. D
2. Lokaliseer de vergrendeling van het
batterijcompartiment aan de achterkant
van de laser (Afb. E
3. Plaats de twee AAA‑batterijen, controleer
de positie van de ‑ en + van elke batterij,
zoals weergegeven in de binnenkant van
het batterijcompartiment (Afb. E
4. Schuif de pennen aan de onderkant van
het batterijdeksel in de inkepingen van
het batterijcompartiment (Afb. E
5. Duw het batterijdeksel omlaag totdat het
vastklikt (Afb. E
5
Als de laser op ON (AAN) staat, zal het
batterijniveau in het venster worden
weergegeven (Afb. C
OPSTELLING LDM
De laser inschakelen
Klik op ON (AAN) (Afb. A
te schakelen.
Referentielocatie veranderen
De laser zal de afstand meten vanaf de
onderkant (Afb. F
) of bovenkant (Afb. F
1
van de laser naar de muur of het object.
1. De knop Tandwiel (Afb. A
gedurende 3 seconden ingedrukt houden.
Het icoon Meting ‑ Referentielocatie
(Afb. C
) zal in het venster knipperen.
5
2. Druk nogmaals op de knop Tandwiel om
de referentielocatie te veranderen.
3. Druk nogmaals op de knop ON (AAN)
(Afb. A
) om de referentielocatie
3
te bevestigen.
).
2
en
).
1
2
).
3
).
4
).
).
1
) om de laser in
3
2
) indrukken en
4
Het wijzigen van de eenheid van
de meting
Zodra de huidige meting is uitgevoerd (het
apparaat staat niet ingesteld in de modus
Voortdurend meten), kunt u de eenheid van de
meting wijzigen van decimale ft (6.21 ft) naar
fractionele ft (6'02"9/16), van fractionele ft naar
meters (1,894 m) en van meters naar inches
(74 9/16 in), of van inches naar decimale ft.
•
Om de meeteenheid te wijzigen, dient u
de knop Tandwiel (Afb. A
en gedurende drie seconden ingedrukt
te houden totdat het menu Eenheden
wordt weergegeven. Druk op de knop
ON (AAN) om uw referentielocatie te
bevestigen. Na de bevestiging wordt
de huidige meeteenheid weergegeven,
druk op het Tandwiel om de eenheden te
wijzigen en op de knop ON (AAN) om het
te bevestigen.
BEDIENING
Meten van de afstand tot de muur
of het object
1. Richt de laser (Afb. A
het object waarvoor u de afstand moet
meten (Afb. F).
2. Druk op de knop ON (AAN) (Afb. A
om de afstand van de laser naar de muur
of het object te meten. Zie Opstelling
)
LDM om de referentielocatie en/of de
meeteenheid te veranderen.
3. Aan de onderkant van het venster
(Afb. (A
) ziet u de huidige meting
2
(Afb. (C
), die steeds zal veranderen op
3
het moment dat u de laser beweegt.
Om de meting te registreren drukt u op ON
(AAN). Om nog een meting te registreren drukt
u nogmaals op ON (AAN). Herhaal vervolgens
stappen 1 tot 3.
) in te drukken
4
) naar de muur of
1
)
3
NL
53
Advertisement
