VERTO 51G091 Instruction Manual page 87

Table of Contents

Advertisement

WAARSCHUWING
MONTAGE/INSTELLINGEN
INFORMATIE
UITRUSTING EN ACCESSOIRES
1. Schijfbescherming
2. Speciale sleutel
3. Extra handgreep
WERKVOORBEREIDING
MONTAGE VAN EXTRA HANDGREEP
Extra handgreep (3) werd geïnstalleerd in een van de gaten in de kop
van de slijper. We raden u aan om de slijpmachine met de extra handvat
te gebruiken. Het vasthouden van de slijper met beide handen (ook
aan de extra handgreep) vermindert het risico van het aanraken van de
draaiende schijf of borstel en het risico van letsels.
MONTAGE EN REGELEN VAN DE SCHIJFBESCHERMING
Schijfbescherming zorgt voor bescherming van de operator tegen
afspringende stukken, toevallig contact met het werktuig of
vonken. Tijdens de montage let op zodat het beschermende deel
naar de operator gericht is.
• Plaats de beschermkap van de schijf (4) op een zodanige wijze dat de
sleuf op de beschermkap ingaat in de sleuf op de behuizing van het
tandwielhuis van de slijper.
• Zet de beschermkap in de gewenste positie.
• Draai de bevestigingsschroef vast.
Demontage en het instellen van de schijfbeschermer gebeuren in de
omgekeerde volgorde dan montage.
UITWISSELING VAN WERKSTUKKEN
Bij het uitwisselen van werkstukken gebruik beschermende
handschoenen.
De spilblokkadeknop (1) is alleen bestemd voor bevestigen of
wegnemen van het werkstuk. Het is verboden om deze knop als rem
tijdens het ronddraaien van de spil te gebruiken. In zulk geval kan
de slijper beschadigd raken of de gebruiker kan letsels oplopen.
MONTAGE VAN SCHIJVEN
Bij gebruik van slijp- of snijschijven van de dikte onder 3 mm, draai
de moer van de buitenkraag (5) met de vlakke oppervlakte vanaf de
zijde van de schijf op (afb. B).
• Druk op de blokkadeknop van de spil (1).
• Plaats de speciale sleutel (in de set) in de openingen van de
buitenkraag (5) (afb. A).
• Draai de sleutel om – maak de buitenkraag (5) los en demonteer het.
• Plaats de schijf zodat deze goed aan de zijde van de binnenkraag (6)
gedrukt is.
• Draai de buitenkraag (5) en druk zacht met de speciale sleutel.
Demontage gebeurt in de omgekeerde volgorde dan montage. De schijf
dient goed aan de oppervlakte van de binnenkraag (6) gedrukt zijn en
centrisch op de schroefdraad zitten.
MONTAGE VAN WERKTUIGEN MET SCHROEFDRAADOPENING
• Druk op de blokkadeknop van de spil (1).
• Demonteer het gemonteerde werktuig – indien aanwezig.
• Alvorens met de montage te beginnen, neem beide kragen –
binnenkraag (6) en buitenkraag (5) weg.
• Draai de schroefdraad van het werktuig op de spil en trek er zacht aan.
Demontage van werktuigen met schroefdraadopening gebeurt in de
omgekeerde volgorde dan montage.
MONTAGE VAN HAAKSE SLIJPER IN DRIEPOOT
Onder de voorwaarde van de juiste montage is het mogelijk om de
haakse slijper in een driepoot voor haakse slijpers te gebruiken.
WERK / INSTELLINGEN
Alvorens met de werkzaamheden te beginnen, controleer de
toestand van de slijpsteen. Gebruik geen gebroken, versleten
of op een andere manier beschadigde slijpstenen. Zulke
werkstukken dienen altijd te worden vervangen. Na beëindiging
van de werkzaamheden altijd zet de slijper uit en wacht totdat het
- 1 st.
- 1 st.
- 1 st.
87
werkstuk volledig stil is. Pas dan kan de slijper weggelegd worden.
Rem het werkstuk niet door het op het bewerkte materiaal na het
uitzetten van de slijper te drukken.
• Het is verboden om de slijper over te belasten. Bij overbelasting
en te grote drukkracht kan het gevaarlijk breken van het
werkstuk plaatsvinden.
• Indien de slijper tijdens de werkzaamheden valt, controleer
altijd en eventueel vervang het werkstuk bij constatering van
beschadiging of vervorming.
• Sla nooit met het werkstuk op het bewerkte materiaal.
• Vermijd het terugslaan met het werkstuk en afscheuren van
het materiaal, in het bijzonder bij bewerking van messen,
scherpe randen ezv. (het kan het verlies van controle over het
elektrogereedschap en terugslaan als gevolg hebben).
• Het is verboden om de rechte slijper met snijschijven (bv. schijven
voor hoekslijpers, zaagschijven voor hout ezv.) te gebruiken.
Het nalaten van zulke aanwijzing kan het terugslaan van het
elektrogereedschap, verlies van de controle en letsels van de
operator als gevolg hebben.
AAN- / UITZETTEN
Houd de slijper tijdens het opstarten en tijdens het werk altijd met
de beide handen vast.
• Verschuif de hoofdschakelaar (2) naar voren – (naar de kop)
(afb. C).
• Om een continue werking te verkrijgen – druk op de voorkant van de
schakelaar.
• De schakelaar gaat automatisch vergrendeld worden.
• Om het toestel uit te zetten – druk op de achterkant van de schakelaar
(2) en verschuif deze naar achteren.
Na het aanzetten van de slijper wacht totdat de slijpsteen de
maximale snelheid gaat bereiken en pas daarna begin het werk.
Het is verboden om op de schakelaar tijdens de werkzaamheden
te drukken om de slijper aan- en uit te zetten. De schakelaar mag
alleen bediend worden als de slijper het bewerkte materiaal niet
aanraakt.
Het toestel is voorzien in een onderspaningsspoel, wat betekent
dat indien de spanning tijdelijk wegvalt of het toestel op een
stopcontact met de schakelaar in de stand "aangezet" aangesloten
wordt, gaat het toestel niet aan. In zulk geval draai de schakelaar
terug naar de stand "uitgeschakeld" en zet het toestel opnieuw aan.
SNIJDEN
• Het snijden met de haakse slijper kan alleen maar in de rechte lijn.
• Snij geen materiaal dat in de hand wordt vastgehouden.
• Ondersteun de grote elementen en let op zodat de steunpunten
dicht bij de snijlijn en het einde van het materiaal zich bevinden.
Stabiel bevestigd materiaal gaat niet verschuiven tijdens het
snijden.
• Kleine elementen dienen met behulp van bv. klemmen,
bankschroef gemonteerd te zijn. Om meer precies snijden te
garanderen, bevestig het materiaal dicht bij het snijpunt.
• Vermijd trillingen of opspringen van de slijpschijf omdat op die
manier de kwaliteit van het snijden verlaagt en de schijf kan
breken.
• Tijdens het snijden oefen geen zijdruk op de snijschijf uit.
• Gebruik de snijschijf die aan het te snijden materiaal aangepast
is.
• Het is aangeraden dat bij het snijden de schuifrichting gelijk aan
de richting van de omdraaiingen van de snijschijf is.
Diepte van de snede is afhankelijk van de schijfdiameter (afb. G).
• Gebruik alleen schijven met nominale diameters die niet groter zijn
dan aanbevolen voor de bepaalde type slijper.
• Bij diepe sneden (bv. profielen, bouwblokken, bouwstenen ezv.) laat
de bevestigingskragen niet aan het bewerkte materiaal aanraken.
Tijdens het snijden raken de snijschijven zeer heet – raak deze niet
met blote lichaamsdelen voordat ze afgekoeld zijn aan.
SLIJPEN
Gebruik voor slijpwerkzaamheden bv. slijpschijven, slijpstenen,
lamellenslijpschijven,
schijven
flexibele schijven voor schuurpapier ezv.
Elke soort schijf alsook bewerkt materiaal eist een aangepaste
werkmethode en toepassing van de aangepaste persoonlijke
beschermingsmiddelen.
Het is verboden om snijschijven voor het slijpen te gebruiken.
met
schuurtextiel,
draadborstels,

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents