Programmeervoorbeelden:
1e voorbeeld: Toegang via transponder
(a)
(b)
(a) Uitgang #1 moet worden geschakeld
(b Toegang uitsluitend via transponder
(c) Geheugenplaatsnummer "000" (voor uitgang #1 is mogelijk: 000 - 999)
(d) Transponder voor het sensorvlak houden (afstand < 2 cm)
(e) Programmering opslaan (codeslot geeft twee pieptonen weer)
(a)
(b)
(a) Uitgang #2 moet worden geschakeld
(b) Toegang uitsluitend via transponder
(c) Geheugenplaatsnummer "027" (voor uitgang #2 is mogelijk: 001 - 100)
(d) Transponder voor het sensorvlak houden (afstand < 2 cm)
(e) Programmering opslaan (codeslot geeft twee pieptonen weer)
Wanneer het codeslot zich in de normale modus bevindt (niet in de programmeermodus)
wordt uitgang #1 of #2 (naargelang de programmering) geschakeld door een geldige
transponder voor het sensorvlak onder aan het codeslot te houden.
De afstand moet daarbij minder dan ca. 2 cm zijn opdat het codeslot de transponder
kan herkennen. Er moet geen code worden ingevoerd.
(Transponder lezen)
(c)
(d)
(Transponder lezen)
(c)
(d)
(e)
(e)
205