Het Installeren Van Een Aftakkingspijp; Luchtdichtheidsproef, Ontluchting En Bijvullen Van Koelstof - Mitsubishi Electric PUHY-P-YEM-A Series Installation Manual

Outdoor unit for building application
Table of Contents

Advertisement

Stap (3)
Breng het samenstel van stap (2) in de eenheid met variabele capaciteit en sluit
deze aan op de flens van de kogelklep (gaszijde) (gebruik een dopsleutel met
verlengstuk). Let er hierbij op dat u de bijgesloten pakking tussen de kogelklep
(gaszijde) en flens van de verdeler aanbrengt. Maak de plaat van de verdeler (gas)
met een schroef aan het frame van de eenheid vast.
Voorzichtig:
Koel de delen tijdens het solderen met een oude doek gedrenkt in water,
zodat de flens en de uiteinden van de zijdelingse pijpen van de verdeler niet
te heet worden.
- Bij onvoldoende koeling kunnen de onderdelen beschadigen.
Opmerking:
Het verdelersamenstel wordt aan de eenheid met constante capaciteit
bevestigd.
Plaats de klepbewaking van de eenheid met constante capaciteit terug
voordat de eenheid in gebruik wordt genomen.
Verwijder de steunplaat die werd gebruikt om het verdelersamenstel te
bevestigen.

9.5. Het installeren van een aftakkingspijp

Zie voor details de gebruikershandleiding bij het optionele aftakkingspakket voor
de koelstofpijpen.
[Fig. 9.5.1] (P.6)
Å Verbindingsstuk
A Naar buitenapparaat
C Horizontaal
E Naar boven gericht (Naar beneden gericht is niet mogelijk)
Behalve aan de gaskant van de CMY-Y202F en de CMY-302F, bestaan er
geen beperkingen voor de bevestigingsposities van de koppelstukken.
Zorg dat de aftakkingspijpen voor de gaskant van de CMY-Y202-F en de CMY-
302F horizontaal of naar boven gericht worden bevestigd (zie Fig. 9.5.1).
Er is geen beperking op de bevestigingspositie van de verbindingsstukken.
Wanneer de diameters van de koelstofpijpen die zijn geselecteerd volgens de
procedures op pagina 3 tot 4 verschillen van de grootte van het verbindings-
stuk, dient u een verloopstuk te gebruiken voor het aansluiten van pijpen met
verschillende diameters. Een verloopstuk voor verschillende pijpdiameters is
bijgesloten in het pakket.
[Fig. 9.5.2] (P.7)
Å Aftakkingsstuk
A Naar buitenapparaat
C Pijpensnijder
E Verloopstuk
Procedure voor luchtdichtheidsproef
1. Op druk brengen met stikstofgas
(1) Breng het met stikstof tot de ontwerpspanning (2,94 Mpa) op druk en laat het ongeveer een
dag staan om tot rust te laten komen. Indien de druk niet zakt, is de luchtdichtheid goed.
Indien de druk echter wel zakt kunt u, aangezien de plaats van het lek niet bekend is, de
volgende bellentest uitvoeren.
(2) Nadat u het systeem op de hierboven beschreven manier op druk heeft gebracht, dient u
optrompaansluitingen, gesoldeerde aansluitingen, flenzen en andere onderdelen die kunnen
lekken te bespuiten met een middel dat bellen kan vormen (Kyuboflex, etc.) en visueel te
controleren of er zich ergens bellen vormen.
(3) Na de luchtdichtheidsproef, dient u het middel dat bellen kan vormen weg te vegen.
2. Op druk brengen met koelstofgas en stikstofgas
(1) Nadat u het systeem op een druk van ongeveer 0,2 MPa heeft gebracht, brengt u het op de
bedrijfsdruk (2,94 MPa) met behulp van stikstofgas.
U dient de druk echter niet in één keer aan te brengen. Tijdens het op druk brengen dient u te
stoppen en te controleren of de druk niet zakt.
(2) U dient op gaslekken te controleren via controle van optrompaansluitingen, gesoldeerde aan-
sluitingen, flenzen en andere onderdelen die kunnen lekken door gebruik te maken van een
elektrische gaslekdetector, compatibel met R407C.
(3) Deze test kan worden gebruikt samen met de bellentest voor gaslekken.
B Naar aftakkingspijpen of binnenapparaat
D Binnen een bereik van ± 15˚
B Naar binnenapparaat
D of
Er is geen beperking op de bevestigingspositie van het aftakkingsstuk.
Als de diameter van de koelleiding die is gekozen aan de hand van de proce-
dure op pagina 3 tot 4 verschilt van de diameter van het koppelstuk, gebruik
dan een verloopstuk om het verschil in diameter op te vangen. Dit verloopstuk
wordt meegeleverd.
Wanneer het aantal pijpen dat aangesloten moet worden kleiner is dan het
aantal aftakkingen op het aftakkingsstuk, plaats dan een afsluitdop op de plaats
die niet wordt aangesloten. De afsluitdop wordt met het pakket meegeleverd.
[Fig. 9.5.3] (P.7)
Å Distributeur (vloeistof) (accessoire)
A Zelf aan te schaffen leidingen
C Eenheid met constante capaciteit
Monteer de verdeler (vloeistof, bevestigingsdeel in de eenheid met constante
capaciteit) zodanig, dat deze binnen ± 15 graden ten opzichte van het horizon-
tale vlak blijft (zie Fig. 9.5.3).
Opmerking:
De verdeler (vloeistof) wordt aan het verdelersamenstel met constante
capaciteit bevestigd.
9.6
Luchtdichtheidsproef, ontluchting en
bijvullen van koelstof
1 Luchtdichtheidsproef
Voer de test uit met gesloten kogelklep van de buiteneenheid, en breng druk
op de aansluitpijpen en de binneneenheid aan vanaf de serviceaansluiting die
zich op de kogelklep van de buiteneenheid bevindt. (Breng altijd druk aan via
de dienstopeningen van zowel de gas- als vloeistofpijpen.)
[Fig. 9.6.1] (P.7)
A Stikstofgas
B Naar binnenapparaat C Systeemanalysator
D Laag-knop
E Hoog-knop
G Vloeistofpijp
H Gaspijp
J Dienstopening
<R407C-modellen>
De methode voor het uitvoeren van de luchtdichtheidsproef is in essentie gelijk
aan die voor R22 modellen. Aangezien de beperkingen een grote invloed hebben
op de verslechtering van de koelmacine-olie, dient u zich er altijd aan te houden.
Ook met niet-azeotropische koelstoffen (R407C, enz.) kunnen gaslekken tot ge-
volg hebben dat de samenstelling anders wordt, waardoor de prestaties verminde-
ren. Voer de luchtdichtheidsproef daarom zorgvuldig uit.
• Indien een ontvlambaar gas of lucht (zuurstof) wordt gebruikt
voor het op druk brengen, kan het ontvlammen of exploderen.
• Gebruik geen andere koelstof dan die welke staat aangegeven
op het apparaat.
• Afdichten met gas uit een cilinder zorgt ervoor dat de samenstel-
ling van de koelstof in de cilinder verandert. (R407C-modellen)
• Gebruik een drukmeter, vuldoos en andere onderdelen die spe-
ciaal zijn bedoeld voor R407C. (R407C-modellen)
• Een elektrische lekdetector voor R22 kan geen R407C-lekkage
detecteren.
• Gebruik geen halogeenlamp. (Hierbij kunnen geen lekken wor-
den gedetecteerd.)
B Eenheid met variabele capaciteit
F Kogelklep
I Buitenapparaat
Beperking
83

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents