Novy 7811/2 Operating And Installation Instructions page 3

Wall mounting hood
Table of Contents

Advertisement

Available languages

Available languages

Gebruik
OPMERKING: deze gebruiksaanwijzing geldt voor
verschillende uitvoeringen van het toestel. Het is
mogelijk dat er kenmerken worden beschreven
die niet van toepassing zijn op uw toestel.
Luchttoevoer
Bij gebruik van de afzuigkap dient er in de ruimte
altijd een luchttoevoer aanwezig te zijn, waardoor
verse lucht kan toestromen. Het aanvoeren van
verse lucht kan geschieden door een raam te kan-
telen, een deur te openen of door een toevoer-
rooster aan te brengen.
Hoe groot de keuken of de ruimte met open keu-
ken ook is, er kan slechts zoveel lucht uit de ruim-
te worden afgezogen als er wordt aangevoerd. Te
weinig luchttoevoer kan een rendementsverlies
van 50% en meer veroorzaken.
Door te weinig luchttoevoer kan terugslag ont-
staan in andere aanwezige afvoerkanalen,zoals
bijvoorbeeld het rookafvoerkanaal van de open
haard of andere verbrandingstoestellen. Dit ver-
oorzaakt een vergiftigingsgevaar door teruggezo-
gen gassen en verbrandingsgassen.
Bij gelijktijdig gebruik van de afzuigkap en toestel-
len gevoed met energie, anders dan elektrisch,
mag de onderdruk in de ruimte niet groter zijn dan
4 Pa (=0,04 mBar).
Veiligheid
• Alleen onder voortdurend toezicht mag onder
de afzuigkap gefrituurd worden.
• Flamberen onder de afzuigkap is in geen geval
toegestaan.
• In geval van brand schakel altijd uw afzuigkap
uit.
• Blus brandende vetten nooit met water, maar
dek de pan af met een passend deksel of een
blusdeken.
Tips
De keukendampen worden het meest doeltref-
fend verwijderd door:
• Inschakelen van de afzuigkap enkele minuten
voor de aanvang van het koken.
• Uitschakelen van de afzuigkap ongeveer 10
minuten na het beëindigen van het koken (Uit-
schakelen met naloopstand, indien beschik-
baar).
• Vermijd elke tocht boven het kookvlak.
• Plaats uw kookgerei zodanig dat opwellende
dampen onder het aanzuigoppervlak van de
kap terechtkomen.
• Koken met inductie: de intensiteit van afzuig-
kap en kookplaat zo laag mogelijk instellen om
overproductie van dampen te beperken.
Bediening
① aan / uit toets
② snelheid verlagen
③ snelheid verhogen
④ verlichting
⑤ en ⑥ LED indicatie snelheid
Ventilator in- en uitschakelen
Om de motor in te schakelen drukt u op toets ①.
De afzuigkap wordt altijd opgestart op de laatst
gebruikte functie (verlichting en/of motor). Met
toets ② kan de motor uitgeschakeld worden en
blijft de verlichting branden.
Uitschakelen met naloopstand
Om de naloopstand in te stellen drukt u éénmaal
op toets ①. De eerste LED knippert, de andere
LED's branden op de laatst ingestelde stand. Na
10 minuten schakelen motor en verlichting auto-
matisch uit.
Uitschakelen zonder naloopstand
Tweemaal drukken op toets ①. Met toets ② is het
ook mogelijk de afzuigkap uit te schakelen.
Ventilatorsnelheid
Om de snelheid te verlagen drukt u op toets
②.Om de snelheid te verhogen drukt u op toets ③.
De LED's geven de snelheid aan die in werking is.
Drie groene LED's ⑤ geven stand één tot drie aan,
een rode LED ⑥ geeft de 'POWER' stand aan. De
'POWER' stand wordt enkel gebruikt bij een ster-
ke ontwikkeling van geur, rook of damp. Rekening
houdend met de grote afvoer van lucht bij deze
stand, moet het gebruik tot een minimum beperkt
worden.
De 'POWER' stand keert na 6 minuten automa-
tisch terug naar snelheid drie.
Een zelf herstellend thermocontact zorgt ervoor
dat de motor bij oververhitting wordt uitgescha-
keld. Na afkoeling zal de motor weer inschakelen.
Het vaststellen van de oorzaak van de oververhit-
ting is noodzakelijk. Dit kan bijvoorbeeld zijn door
vlam in de pan, de waaier van de motor wordt
geblokkeerd of er is een voorwerp in de uitblaas-
opening is gekomen waardoor deze gedeeltelijk
of volledig is afgesloten.
NL 3

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

7810/27820/27821/2

Table of Contents