Vervoer En Opslag - Makita UC3530A Instruction Manual

Hide thumbs Also See for UC3530A:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 1
omzagen van de boom.
b) alle personen die betrokken zijn bij het omzagen
van de boom een ongehinderde vluchtroute hebben
(de vluchtroute moet 45° diagonaal naar achteren
lopen, weg van de valrichting). Wees bedacht op de
vergrote kans op struikelen over het netsnoer!
c) aan de onderkant van de boom geen vreemde
voorwerpen, ondergroei en takken zitten. Zorg
ervoor dat u stevig staat (kans op struikelen).
d) de volgende werklocatie minstens 2 1/2
boomlengte verwijderd is. (zie afb. 16) Alvorens de
boom om te zagen, controleert u de valrichting en
verzekert u uzelf ervan dat zich geen personen of
voorwerpen bevinden binnen een afstand van 2 1/2
boomlengte .(zie afb. 16)
= Valrichting
= Gevarenzone
= Vluchtroute
- Beoordelen van de boom:
Richting van hangen - losse of dorre takken - hoogte
van de boom - natuurlijke overhang - is de boom rot?
- Houd rekening met de windrichting en -snelheid. Als
sterke windstoten zich voordoen, mag u geen bomen
omzagen.
- De wortels doorzagen:
Begin met de sterkste wortels. Maak eerst de
horizontale en daarna de verticale zaagsnede.
- Een inkeping in de boomstam maken (A, zie afb. 17):
De inkeping bepaalt de valrichting en geleidt de
boom. De inkeping moet haaks op de valrichting
met een diepte van 1/3 tot 1/5 van de diameter in de
boomstam worden aangebracht. Breng de inkeping
vlak boven de grond aan.
- Als u de zaagsnede wilt bijstellen, moet u dat doen
over de volledige breedte van de inkeping.
- Zaag de boom om (B, zie afb. 18) boven de
onderrand van de inkeping (D). De zaagsnede moet
precies horizontaal zijn. De afstand tussen de beide
zaagsneden moet ongeveer 1/10 van de diameter van
de boomstam zijn.
- De lijst tussen de beide zaagsneden (C) werkt als een
scharnier. Zaag deze nooit door omdat anders de
boom ongecontroleerd valt. Plaats op tijd wiggen in
de zaagsnede. (B, zie afb. 18)
- Gebruik uitsluitend wiggen van kunststof of
aluminium. Gebruik geen ijzeren wiggen.
- Sta bij het omzagen van een boom altijd aan de
zijkant van de vallende boom.
- Let bij het achteruit lopen na het omzagen van de
boom op vallende takken.
- Bij het werken op een hellende ondergrond, moet de
gebruiker van de elektrische kettingzaag boven of
zijdelings staan van de boom die wordt omgezaagd of
de boom die reeds is omgezaagd.
- Let op boomstammen die naar u toe kunnen rollen.
Terugslag
- Tijdens het werken met de elektrische kettingzaag
kan zich een gevaarlijke terugslag voordoen.
- Een terugslag doet zich voor wanneer de punt van
het zaagblad (met name de bovenste kwartcirkel) per
ongeluk in aanraking komt met het hout of andere
voorwerpen. (zie afb. 19)
- In dit geval wordt de elektrische kettingzaag
ongecontroleerd en met veel energie in de richting
van de gebruiker gegooid (kans op letsel).
Om een terugslag te voorkomen, houdt u zich
aan de onderstaande instructies:
- Gebruik nooit het uiteinde van het zaagblad om een
zaagsnede te starten. Kijk altijd naar het uiteinde van
het zaagblad.
- Gebruik het uiteinde van het zaagblad nooit voor het
zagen. Wees voorzichtig bij het verder zagen.
- Bij het starten van een zaagsnede moet de
zaagketting reeds draaien.
- Controleer altijd of de zaagketting goed geslepen
is. Let met name goed op de hoogte van de
dieptebegrenzing (zie het hoofdstuk "De zaagketting
slijpen" voor gedetailleerde informatie).
- Zaag nooit meerdere takken tegelijkertijd. Let er bij
het zagen van een tak op dat geen andere tak wordt
aangeraakt.
- Let bij het afkorten van een boomstam op
boomstammen die in de buurt liggen. Wij adviseren u
een zaagschraag te gebruiken.

Vervoer en opslag

- Draag de elektrische kettingzaag aan de
beugelhandgreep. Het zaagblad is naar achteren
gericht. Draag of verplaats de elektrische
kettingzaag nooit met draaiende zaagketting.
- Draag de kettingzaag nooit aan het netsnoer. Trek de
stekker van het netsnoer niet uit het stopcontact door
aan het netsnoer te trekken.
- Als u tijdens het zagen van positie verandert,
schakelt u de elektrische kettingzaag uit en stelt u
de kettingrem in werking om te voorkomen dat de
kettingzaag per ongelijk wordt ingeschakeld.
- Als u de elektrische kettingzaag over een grote
afstand verplaatst, moet de stekker van het netsnoer
uit het stopcontact worden getrokken en de schede
om het zaagblad worden gedaan. (zie afb. 20)
- Zorg voor een veilige positionering van de elektrische
kettingzaag tijdens vervoer in een auto om te
voorkomen dat olie eruit lekt.
- Bewaar de kettingzaag in een veilig, droog en
afsluitbaar vertrek, buiten het bereik van kinderen. Hij
mag niet buiten worden bewaard.
- Om de elektrische kettingzaag gedurende een
lange tijdsduur te bewaren of te verzenden, moet de
olietank geheel leeg worden gemaakt.
- Gebruik uitsluitend goedgekeurde en gemerkte
flessen of jerrycans om zaagkettingolie in te bewaren
en te vervoeren.
Onderhoud
- Alvorens onderhoudswerkzaamheden uit te
voeren, schakelt u de elektrische kettingzaag
uit, trekt u de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact, en zet u de kettingzaag vast. (zie
afb. 21)
- Alvorens de werkzaamheden te starten, verzekert
u uzelf er altijd eerst van of de kettingzaag in veilige
bedrijfstoestand verkeert, met name de kettingrem
en uitlooprem. Zorg ervoor dat de zaagketting altijd
geslepen en correct gespannen is. (zie afb. 22)
- Laat de kettingrem en uitlooprem regelmatig
controleren (zie "Kettingrem, uitlooprem").
- Controleer regelmatig het netsnoer tot aan het
stopcontact op beschadiging van de mantel.
- Maak de elektrische kettingzaag regelmatig schoon.
- Als de kunststoffen behuizing beschadigd is, laat u
deze onmiddellijk repareren door een vakbekwame
reparateur.
- Controleer regelmatig of de tankdop stevig vast zit.
71

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

This manual is also suitable for:

Uc4030aUc4530aUc3530apUc4030apUc3030a

Table of Contents