Configuratie Van Optionele Functies - Hitachi PC-ARFH1E1 Installation And Operation Manual

UNITBESTURING (PC-ARFH1E1(02/03))

1.8.2.9 Configuratie van optionele functies

Via dit menu kunt u de optionele functies voor het systeem, ruimteverwarming of ruimtekoeling, TW en noodbediening configureren.

Optionele systeemfuncties
Slimme functie:
Om de warmtepomp te blokkeren of
te beperken of de vraag te verhogen
wegens beschikbaarheid van
elektriciteit. Zie gedetailleerde informatie
hieronder.
Energieconfiguratie
Vermogensconfiguratie:
Wegens het gebruik van de
watertemperatuuringang en -uitgang +
het waterdebiet kan een schatting van
de capaciteit worden gecontroleerd
in het menu Bedieningsinformatie -
Energiegegevens.
44 PMML0626 rev.0 - 07/2022
Systeem:
Configureer de optionele functies voor het systeem. Zie
gedetailleerde informatie hieronder.
Ruimtefuncties:
Configureer de optionele functies voor de ruimteverwarming of
ruimtekoeling. Zie gedetailleerde informatie hieronder.
TW:
Configureer de optionele functies voor warm tapwater. Zie
gedetailleerde informatie hieronder.
Noodbediening:
Schakel de noodwerking voor ruimteverwarming of warm
tapwater in of uit. Zie gedetailleerde informatie hieronder.
Hydraulische afscheider Status:
Schakel in als er een hydraulische scheider
of buffertank is geïnstalleerd. Controleer dat
WP3 is ingesteld op uitgang 2 (zie hoofdstuk
"1.8.2.10 Configuratie van ingangen,
uitgangen en sensoren")
Energieconfiguratie:
Instelling van de stroomverbruikaflezingen.
Zie gedetailleerde informatie hieronder.
Status:
Schakel de energieconfiguratie-opties in of uit.
Stroommeter 1 of 2:
• De stroommeter voert een werkelijke
meting van het stroomverbruik uit.
• Als de stroommeter is ingeschakeld,
kunt u de verzamelde informatie zien
in het menu Bedieningsinformatie -
Energiegegevens.
• Als de "stroommeter" is uitgeschakeld,
maakt de YUTAKI software een schatting
van het verbruik van het systeem.
• Als stroommeter 1 of 2 wordt gebruikt,
moet de ingang worden geconfigureerd
in het menu Ingangen (zie hoofdstuk
"1.8.2.10 Configuratie van ingangen,
uitgangen en sensoren")