Riello CG 120/P-F2SD 00 Installation, Use And Maintenance Instructions page 43

4.5 Installatie gasstraat
Controleer of geen gaslekken aanwezig zijn.
Let op voor de beweging van de gasstraat: gevaar
op beknelling van ledematen
Risico op explosie te wijten aan brandstoflekken
in aanwezigheid van een ontvlambare bron.
Voorzorgsmaatregelen: voorkom stoten, wrijvin-
gen, vonken, warmte.
Controleer of de kraan voor de blokkering van de
brandstof is gesloten voordat eender welke han-
deling wordt uitgevoerd.
De bediener dient de uitrusting, nodig voor het uit-
voeren van de installatie, te gebruiken.
De gasstraat kan, alleen in horizontale positie, rechts of links van
de brander geïnstalleerd worden.
Voor de installatie als volgt te werk gaan (Afb. 2):
Haal de stroom van de installatie.
Controleer of de gegevens op het plaatje overeenkomen met de
netspanning (+10% -15%).
Demonteer de beschermdop van de flens en verbind de gastoe-
voer.
Monteer de impulslijnen P
L
bruiksaanwijzing van de brander.
Als PF niet verbonden wordt, sluit dan het drukafnamepunt van
de gasstraat niet.
De leiding waarmee de aansluiting van de luchtdrukmeter P
het drukafnamepunt in de verbrandingskamer verbonden wordt
moet zodanig geplaatst zijn dat eventuele condens in de verbran-
dingskamer geloosd wordt.
Bovendien is het van belang dat de slangen (P
en P ) niet tegen de keteldeur aankomen omdat
F
ze anders door de hoge temperatuur zouden kun-
nen beschadigen. Houd het traject van de impuls-
GEVAAR
lijnen kort. Controleer na de aansluiting de
atmosferische afdichting van de leidingen en van
de impulslijnen. Gebruik alleen spray voor het op-
sporen van lekken op georiënteerde wijze.
Proefdruk: Pmax. = 100 mbar.
Controleer na de montage de afdichting en de
werking van de gasstraat.
Voor de demontage precies in omgekeerde volg-
orde te werk gaan.
Als de waarschuwingen niet in acht genomen
worden, zou het ventiel niet kunnen werken of
beschadigd kunnen worden.
en P zoals weergegeven in de ge-
F
Installatie
P w mb a r N V
Draai bij de flensverbindingen de schroeven ge-
leidelijk aan in een symmetrische kruislingse be-
weging.
Om een goede afdichting te garanderen en sto-
VOORZICHTIG
ringen te voorkomen, bedraagt het aanhaalmo-
ment ALLEEN voor het type verbinding dat is
weergegeven in Afb. 3 50 Nm ± 10%.
De gasaanloop wordt geleverd na een volledige
test aan het einde van de lijn, die de afwezigheid
van lekkage op alle verbindingspunten garan-
deert. De velddruktest, die nodig is om de gehele
VOORZICHTIG
gasleiding op lekken te controleren, moet wor-
den uitgevoerd bij een druk die niet hoger is dan
de toelaatbare limiet van de gasoploop van de
brander (zie hoofdstuk "Technische Gegevens").
met
F
L
5 NL
D7034
P L
P F
Afb. 2
20207348
Afb. 3
2903011