Download Print this page

Plaatsing; Algemeen; Condensaatleiding; Geluid - Dimplex LIK 8ME Installation And Operating Instructions Manual

Air-to-water heat pump for indoor installation

Advertisement

Available languages

Available languages

5

Plaatsing

5.1 Algemeen

De warmtepomp is voor de installatie in een hoek ontworpen. In
verbinding met een luchtkanaal (als accessoire verkrijgbaar) aan
de uitblaaszijde zijn ook andere opstellingen mogelijk.
Het apparaat dient in binnenruimtes op een effen, glad en
horizontaal oppervlak te worden geplaatst. Daarbij moet het
frame rondom dicht bij de grond liggen om een passende
geluidsisolatie te garanderen. Is dat niet het geval, kunnen extra
geluiddempende maatregelen noodzakelijk zijn.
De warmtepomp moet zo zijn opgesteld, dat service aan het
apparaat
probleemloos
kan
gewaarborgd, indien er een afstand van ca. 1 m voor en links van
de warmtepomp gerespecteerd wordt. De zijdelen mogen niet
door aansluitleidingen zijn bedekt.
Het
apparaat
dient
nooit
luchtvochtigheid te worden geplaatst. Bij een luchtvochtigheid
van meer dan 50 % en buitentemperaturen onder 0 °C kan op de
warmtepomp en de luchtgeleiding condensaat ontstaan.
Bij installatie van de warmtepomp op een bovenverdieping moet
het draagvermogen van de zoldering gecontroleerd worden en
om akoestische redenen de trillingsontkoppeling zeer zorgvuldig
worden gepland. Plaatsing op een houten zoldering is
onacceptabel.

5.2 Condensaatleiding

Het bij het gebruik ontstane condenswater dient vorstvrij te
worden afgevoerd. De warmtepomp dient horizontaal te worden
geplaatst,
zodat
het
water
condenswaterbuis moet minstens een diameter van 50 mm
hebben en moet vorstvrij in de afvoerleiding worden geleid.
Condenswater niet direct in bezinkvijvers en putten leiden,
omdat opstijgende agressieve dampen de verdamper kunnen
vernielen.

5.3 Geluid

Om geluidsoverdracht in het verwarmingssysteem te voorkomen
moet de warmtepomp trillingarm met het verwarmingssysteem
worden
verbonden
(meegeleverde
spanningsvrij monteren).
Eventueel gebruikte luchtkanalen moeten geluidstechnisch van
de warmtepomp worden losgekoppeld om geluidsoverdracht op
de kanalen te voorkomen.
Bij directe aansluiting van beide luchtopeningen in een
wanddoorvoer kan de aansluiting van de ventilator van driehoek-
op
sterschakeling
worden
aanwijzingen in de klemkast van de ventilator).
www.dimplex.de
worden
uitgevoerd.
Dit
in
ruimtes
met
een
hoge
goed
kan
afvloeien.
De
slangaansluitingen
omgelegd
(zie
daartoe
de
6

Montage

6.1 Algemeen
De warmtepomp is voorzien van de volgende aansluitingen:
Toevoer-/afvoerlucht
Vertrek/terugloop van de verwarmingsinstallatie
Condenswaterafvoer
Afvoer van het overdrukventiel
Stroomvoorziening

6.2 Luchtaansluiting

is
OPGELET!
Het aanzuig- en uitblaasbereik mag niet beperkt of geblokkeerd worden.
De aanzuigopening van het apparaat is uitsluitend voor de
directe aansluiting op een gat in de muur ontworpen. Het gat in
de muur kan daartoe als in het bijvoegsel onder inbouwmaten
afgebeeld, met luchtkanaal en afdichtingsmanchet worden
voorbereid.
De
als
accessoires
glasvezelbeton zijn bestand tegen vocht en staan open voor
diffusie.
De afdichtingsmanchet wordt voor de afdichting van de
luchtkanalen op de warmtepomp gebruikt. De luchtkanalen zelf
worden niet direct aan de warmtepomp vastgeschroefd. In
gebruiksklare staat maakt uitsluitend het afdichtingsrubber
contact met de warmtepomp. Daardoor wordt enerzijds een
gemakkelijke montage en demontage van de warmtepomp
gewaarborgd en anderzijds een goede loskoppeling van het
constructiegeluid bereikt.
Verder dient erop gelet te worden dat het gat in de muur aan
binnenzijde beslist met een thermische isolatie bekleed wordt,
om volledige afkoeling resp. doorslaand vocht in het muurwerk te
voorkomen. Het bijgevoegde bevestigingsmateriaal kan voor het
bevestigen aan de wand worden gebruikt.
aangeboden
luchtkanalen
van
NL-5

Advertisement

loading