XII.
NL - BEDIENINGSHANDLEIDING
1
Apparaatvarianten ............................................................................. 124
2
3
4
5
6
7
Productbeschrijving .......................................................................... 127
8
Veiligheid ............................................................................................ 127
9
Uitpakken ........................................................................................... 128
10
11
Bediening ........................................................................................... 130
12
13
Probleemoplossing ........................................................................... 132
14
15
1
Apparaatvarianten
In deze bedieningshandleiding worden verschillende apparaatvarianten beschreven.
De functies en de bediening zijn vrijwel identiek. Op basis van het typeplaatje kan
worden bepaald om welke variant het gaat. Nadere informatie vindt u in de technische
gegevens (zie laatste pagina).
Variant
AD 200
AD 300
AD 400
Hoofdkenmerken
Hygrostaat onder afvoer voor regeneratielucht
Hygrostaat rechts naast afvoer voor regeneratielucht
Zonder hygrostaat
124