ABB i-bus KNX RC/A 8.2 Mounting And Operation Instructions page 25

NL
Installatie
IHet apparaat is geschikt voor de opbouwmontage op een willekeurige plaats. De bevestiging
geschiedt met behulp van vier schroeven (bijgesloten) op vlakke ondergrond. De meegeleverde
boorsjabloon kan worden gebruikt om de boorafmetingen te bepalen. In geval van een oneffen
ondergrond dienen materialen ter compensatie te worden gebruikt, bijv. sluitringen. De elektrische
aansluiting vindt plaats met behulp van schroefklemmen.
De toegankelijkheid van het apparaat moet worden gegarandeerd om een correcte werking, keu-
ring, visuele controle, onderhoud en reparaties te waarborgen.
Installatie van de modules
4
zie afbeelding hierboven
1. Ruimtecontroller-basiseenheid spanningsloos schakelen.
2. Afschermfolie van de contactvlakken van de stuurleiding verwijderen.
3. Module insteken en contact met de voeding tot stand brengen.
4. Vastklikken.
Verwijderen van de modules
4
zie afbeelding hieronder
1. Ruimtecontroller-basiseenheid spanningsloos schakelen.
2. Met schroevendraaier losklikken.
3. Module stukje optillen en van voedingscontact verwijderen.
Aansluiting van kabels
5
zie afbeelding
De kabels worden door max. 19 kabeldoorvoeren in het apparaat geschoven.
Geopende kabeldoorvoeren zijn inbegrepen in de modulelevering.
Er kan een trekontlasting tot stand worden gebracht door gebruik te maken van kabelbinders op
de kabeldoorvoeren.