Onderhoud - Kärcher RCW 5 Manual

a Druk 1 keer op de aan/uit-knop om het volledige
reinigingsprogramma te activeren.
De reinigingsrobot reinigt het gehele glazen op-
pervlak.
Afbeelding S
b Druk 2 keer op de aan/uit-knop om het program-
ma voor gedeeltelijke reiniging te activeren.
De reinigingsrobot reinigt het glazen oppervlak
onder het punt waarop het is aangebracht.
Afbeelding T
Instructie
Als de microvezeldoek droog is, maakt de reinigingsro-
bot eerst pendel- en cirkelbewegingen om de microve-
zeldoek gelijkmatig met reinigingsmiddel te
bevochtigen.
Dit kan meerdere minuten duren.
Reinigingsrobot van het glazen oppervlak
verwijderen
1. Aan het einde van het programma stopt de reini-
gingsrobot op de startpositie en geeft een licht- en
geluidssignaal.
Afbeelding U
Instructie
Verwijder de reinigingsrobot aan het einde van het pro-
gramma van het glazen oppervlak.
2. Houd de reinigingsrobot vast aan de handgreep,
druk op de ontgrendelingsknop en verwijder de rei-
nigingsrobot na 2 - 3 s voorzichtig van het glazen
oppervlak.
3. Draai de kartelmoer los en maak de karabijnhaak
los uit de lus van de reinigingsrobot.
4. Plaats de reinigingsrobot met aangebrachte mi-
crovezeldoek in het station.
Het reinigingsmiddelreservoir van de reinigingsro-
bot wordt gevuld. Als het proces is voltooid, gaat de
LED Apparaatstatus branden en klinkt er een akoes-
tisch signaal.
Instructie
Afhankelijk van het vulniveau wordt de reinigingsmid-
delcontainer van de reinigingsrobot eerst geleegd en
daarna weer gevuld om een optimale vulling te garan-
deren.
Veiligheidssysteem verwijderen
1. Verwijder de haspel van het glazen oppervlak:
Afbeelding V
1. Zet de grijze hendel los.
2. Schuif een vinger onder de flap van de zuignap en
verwijder de haspel.
3. Span de grijze hendel.
3. Maak de veiligheidsriem los.
4. Plaats de haspel in de opbergruimte van het sta-
tion.
2. Veeg eventuele resten van de zuignap of de hoofd-
afdichting met een zachte, schone doek van het gla-
zen oppervlak.
Reinigingsrobot op vuil controleren
1. Controleer de onderkant van de reinigingsrobot op
hardnekkig vuil en verwijder dit, alvorens de reini-
gingsrobot op een ander glazen oppervlak te beves-
tigen of weerdin het station te plaatsen (zie
hoofdstuk Reinigingsrobot).
54
LET OP
Risico op beschadiging door ondeskundige reini-
ging van het station.
Als het station onder stromend water wordt gereinigd
(bijv.onder de douche), kan het station worden bescha-
digd.
Reinig het station niet onder stromend water, maar veeg
het af met een vochtige doek, indien nodig.
1. Reinig de behuizing van het laadstation met een
vochtige doek, indien nodig.
VOORZICHTIG
Verwondingsgevaar door roterende aandrijfwielen
en reinigingsborstel.
Er bestaat verwondingsgevaar door beknelling van li-
chaamsdelen op de draaiende aandrijfwielen en de rei-
nigingsborstel.
Houd lichaamsdelen zoals vingers en haren en losse
kleding zoals stropdassen en sjaals uit de buurt van de
draaiende aandrijfwielen en de reinigingsborstel.
1. Vervang de microvezeldoek en de hoofdafdichting
zodra ze sterker vervuild zijn of de reinigingspresta-
ties verslechteren. Vuile microvezeldoeken op
max. 60 °C, de hoofdafdichting op max. 40 °C in de
wasmachine wassen.
Gebruik geen wasverzachter of bleekmiddel, niet in
de machine drogen, niet strijken.
2. Reinig de aftreklippen en de zuignappen met een
vochtige doek, als ze zichtbaar vervuild zijn of de
reinigingscapaciteit verslechtert.
Afbeelding W
3. Reinig alle aandrijfrollen en de borstelrol met een
vochtige doek, als ze zichtbaar vervuild zijn of de
reinigingscapaciteit verslechtert. Houd hiervoor de
aan/uit-knop en de ontgrendelingsknop gelijktijdig
ingedrukt.
De aandrijfwielen en de reinigingsborstel draaien.
Afbeelding X
4. Laat de aan/uit-knop en de ontgrendelingsknop los.
De aandrijfwielen en de schoonmaakborstel stop-
pen.
5. Reinig de behuizing van de reinigingsrobot met een
vochtige doek, indien nodig.
Reinigingsborstel vervangen
Instructie
Een beschadigde of versleten reinigingsborstel ver-
slechtert de reinigingsprestaties en moet onmiddellijk
worden vervangen.
1. Schakel de reinigingsrobot uit met de aan/uit-knop
1 s lang indrukken.
2. De reinigingsborstel, bijv. met een schroevendraaier
voorzichtig en zonder te kantelen, de linker en rech-
ter opname ontgrendelen en verwijderen.
Afbeelding Y
3. Bevestig een nieuwe reinigingsborstel zonder kan-
telen in de linker en rechter opname.
Instructie
Lijn de reinigingsborstel uit zodat het tandwiel in het
tandwiel van de aandrijfmotor grijpt.
Nederlands

Onderhoud

Station reinigen
Reinigingsrobot