Download Print this page

Chicco Auto-FIX FAST Instructions For Use Manual page 46

Gr. 0+ 0-13kg
Hide thumbs Also See for Auto-FIX FAST:

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 14
A. Handgreep
B. Zonnekap
C. Stoffen bekleding
D. Verkleinkussen (*)
E. Basis (**)
Fig. 2 (Voorkant)
F. Openingen waar de gordels doorheen
gehaald worden
G. Gordels van het autostoeltje
H. Schouderbanden (*)
I. Verstelknop van de gordels (onder het
stoffen paneel)
J. Verstelband van de gordels
Fig. 3 (Zijaanzicht)
K. Geleiding van de autobuikgordel op
het autostoeltje
L. Geleiding van de autobuikgordel op
de basis
M. Knoppen om de handgreep te draaien
N. Klikklakpinnen (voor bevestiging aan
de wandelwagen)
Fig. 4 (Achterkant)
O. Geleiding van de diagonale autogordel
P. Loskoppelhandgreep (van de basis en
van de wandelwagen)
Q. Openingen waar de gordels doorheen
gehaald worden
R. Geleidingselement van de gordels van
het autostoeltje
S. Stabiliserend blokkeersysteem
(*) De vorm en het model kunnen afhan-
kelijk van de uitvoeringen van het au-
tostoeltje verschillen.
(**) Optie
1.4 PLAATSEN VAN DE HANDGREEP
De handgreep van het autostoeltje kan op
4 standen worden versteld (Fig. 5).
A. Stand voor vervoer in de auto (LET OP:
dit is de enige stand, die tijdens het
vervoer in de auto toegestaan is).
B. Stand voor vervoer met de hand.
C. Stand voor gebruik als schommelend
ligstoeltje of om aan de Chicco wan-
delwagen te bevestigen, die hiervoor
gemaakt is.
D. Stand voor gebruik als vast ligstoeltje.
Om de handgreep te verstellen, drukt u de
knoppen (M) op de handgreep tegelijk in
en draait u hem op de gekozen stand tot
u een klik hoort.
1.5 BEPERKINGEN EN GEBRUIKS-
VEREISTEN VAN HET ARTIKEL EN
DE AUTOZITTING
LET OP! Neem de volgende beperkingen
en gebruiksvereisten betreffende het ar-
tikel en de autozitting nauwgezet in acht:
anders is de veiligheid niet verzekerd.
• Het autostoeltje kan voorin op de pas-
sagierszitting worden aangebracht, of op
één van de achterzittingen. De autozitting
moet in elk geval met de rijrichting mee
worden geplaatst. Gebruik dit autostoeltje
nooit op zittingen die zijdelings gekeerd of
tegen de rijrichting in staan (Fig. 6).
• De autozitting dient uitgerust te zijn
met een vaste of oprolbare driepunts-
gordel, die goedgekeurd is volgens de
Voorschriften UNI/ECE N°16 of andere
gelijkwaardige standaarden (Fig. 7).
• LET OP! Bij gebruik in voertuigen die op
de achterbank zijn uitgerust met veilig-
heidsgordels met ingebouwde airbags
(opblaasbare gordels), kan het contact
tussen het opblaasbare gedeelte van de
riem en het kinderzitje leiden tot ernstig
letsel of de dood. Gebruik geen opblaas-
bare veiligheidsgordels bij installatie van
dit kinderzitje in een voertuig.
• LET OP! Installeer het autostoeltje nooit met
de tweepuntsgordel van de auto (Fig. 8).
• Gebruik het verkleinkussen nooit als het
kind meer dan 6 kg weegt.
• Verzeker u ervan dat de gesp van de
driepuntsgordel van de auto niet te hoog
zit (fig. 13-19). Indien dit toch het geval
is, installeer het autostoeltje dan op een
andere zitting van de auto.
2. HET AUTOSTOELTJE IN DE AUTO
INSTALLEREN
Het autostoeltje kan zowel met basis (op-
tie) als zonder worden geïnstalleerd. Bij
beide uitvoeringen mag het alleen tegen
de rijrichting in worden geïnstalleerd.
2.1 BEGINUITVOERING VAN DE
SCHOUDERBANDEN
Het autostoeltje is afhankelijk van de uit-
voeringen uitgerust met 2 verschillende
46
so
da
u a
mo
• S
9
d
(n
lo
g
g
• S
e
st
S
v
2.
Om
toz
1. K
d
d
k
h
2.
3.
4.
5. Z
i
h
t
6.
7. P
e
(
v
O

Advertisement

loading