Advertisement
Available languages
Available languages
De bediening
Allereerst willen wij u gelukwensen met de aanschaf
van uw nieuwe versterker. Leest u evenwel — alvorens
het apparaat in bedrijf te stellen — deze gebruiksaan-
wijzing zorgvuldig door. Daarmee voorkomt u schade,
door onjuiste aansluitingen of onoordeelkundig gebruik
veroorzaakt.
De afbeeldingen met alle bedienings- en aansluit-ele-
menten vindt u op de uitklapbare pagina.
(1) Kontrole verlichting voor het ingeschakelde
apparaat
(2) POWER Netschakelaar
(3) PHONES Aansluiting voor stereo hoofdtelefoon
(5) SPEAKERS 2 Schakelaar voor luidspreker-set 2
(6) SELECTION Ingangskeuzeschakelaar
(7) BASS Lage tonen regelaar voor het linker en
rechter kanaal
(8) TREBLE Hoge tonen regelaar voor het linker en
rechter kanaal
(9) BALANCE Voor de aanpassing van de geluids-
sterkten van de beide kanalen
(10) SUBSONIC Toets voor subsonic-filter
kontrole
paste geluidssterkteregeling
(13) VOLUME
Geluidssterkteregelaar
(19) PHONO Cynch-aansluitingen voor platenspeler
met magnetisch aftastsysteem
(20) GND Chassis-klem
(21) 0 dB / 10 dB omschakelaar voor de aanpassing
van de ingang-Phono
(12
Aansluiting aan het lichtnet
Overtuig u ervan dat de op het apparaat vermelde netspanning
overeen komt met uw netspanning.
De hifi-stereo versterker kan op wisselspanning 115en 230volt,
50 of 60 Hz worden aangesloten.
Vanwege
veiligheidsvoorschriften
is de omschakeling op een
andere. netspanning
voorbehouden
aan
de vakhandelaar
of
erkende Dual-servicedienst.
Sluit u voor het inschakelen, de luidsprekers en de programma-
bronnen (platenspeler, tuner, enz) aan.
Overbelastingsbeveiliging
Aanwijzingen voor de plaatsing
Ondanks de reeds aangebrachte beveiligingen tegen overbelasting,
dient bij de plaatsing van de versterker toch enige aandacht te
worden besteed aan de vrije luchtcirculatie rond de versterker
14
De sleuven in de bovenkant van de behuizing dienen te allen
tijde vrij te blijven.
Let er ook ор, de verbindingssnoeren еп netsnoeren niet іп de
onmiddelijke nabijheid van de antenne te leggen.
Aansluiting van de programmabronnen
Voor de aansluiting van de programmabronnen bevinden zich
аап de achterzijde van het apparaat verschillende Cynch-aanslui-
tingen.
De aansluiting
voor een
tweede
bandapparaat
is met
een DIN-aansluiting uitgevoerd (DIN 41 524)
De ingang PHONO kan met een omschakelaar (21) optimaal
aan de uitgangsspanning van de aangesloten platenspeler worden
aangepast.
Af fabriek wordt deze schakelaar altijd in de ge-
voeligste stand (=O dB) geplaatst. О dB komt overeen met een
gevoeligheid van 1,5 mV, 10 dB met 5 mV, beide over 47 kilo-
Ohm.
De gegevens, behorende bij het aftastsysteem geven aan
in welke stand de schakelaar dient te worden geplaatst.
Omschakelen naar andere programma-bronnen geschiedt met
de keuzeschakelaars SELECTION
(6)
PHONO
Aan de Cynch-aansluitingen PHONO (19) кап een platenspeler
met
magnetisch
aftastsysteem
worden
aangesloten
(zwart
%
rechter kanaal; wit = linker kanaal). De extra aanwezige aansluit-
draad wordt aangesloten aan de massa-klem GND (20).
Dual platenspelers, uitgevoerd met een DIN-aansluiting kunnen
worden aangepast door montage van een als accessoire verkrijg-
baar Cynch-aansluitsnoer art. nr. 207 301
TUNER
Tuners (afstemmer-komponenten) worden aangesloten aan de
Cynch-ingangen TUNER (18) Zwart = rechter, wit = linker ka-
naal. Voor de uitsturing van de versterker is een spanning van
150 mV benodigd.
Verbinding van een tuner met Cynch-aan-
sluitingen vindt plaats met verbindingssnoer art.nr. 226 817;
verbinding van een tuner met DIN-aansluiting met verbindings-
snoer art.nr.
265 718. Deze snoeren
zijn als accessoire
los
verkrijgbaar.
TAPE
Aansluiting vindt plaats met de bij het bandapparaat meegele-
verde aansluitsnoeren. Zijn er дееп snoeren voorhanden, bestel 0
dan het juiste snoer, dat als accessoire los verkrijgbaar is
Aansluiting vindt plaats met de bij het bandapparaat meegele-
verde aansluitsnoeren.
Zijn er geen snoeren voorhanden, bestel
dan het juiste snoer, dat als accessoire los verkrijgbaar is.
Aansluitsnoer met aan beide zijden DIN-stekers:
Dual art.nr
226 816.
Band registraties
Van
alle aan
de versterker aangesloten programmabronnen
(platenspeler, tuner, bandapparaat) kunnen zonder verandering
van de aansluitsnoeren direkt band-opnamen worden gemaakt
Het signaal van de met de keuzeschakelaar SELECTION gekozen
programmabron
is ook beschikbaar op de uitgangen voor het
registreren van bandopnamen:
de aansluitingen ТАРЕ 1 (17),
TAPE 2 (16) en MONITOR LINE OUTPUT (22), de programma-
bron waarnaar
u luistert, kan daarmee tegelijkertijd ор band
worden
opgenomen.
De geluidssterkteregelaar
еп
de klank-
regelaars beinvioeden de bandopnamen in het geheel niet. De
Uitsturing van het bandapparaat geschiedt volgens de bij het
bandapparaat bijgeleverde gegevens.
Het direkt van-band-op-band overspelen
Advertisement
