Voorzorgsmaatregelen Voor Service - HUSTLER SmoothTrak Super S Manual

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 110
 Rij niet achteruit op hellingen. Deze actie kan result-
eren in een reactie van de maaier (achterwaarts kan-
telen) die ernstig lichamelijk letsel kan veroorzaken.
CZ
 De Hustler
-maaier kan horizontaal rijden (zijdelings)
®
op matig steile hellingen. Wanneer u rijdt op hellingen
tot 15 graden, dient u zich bewust te zijn van omstan-
digheden waardoor de banden van de maaier grip kun-
nen verliezen en mogelijk verlies van controle van de
maaier kunnen veroorzaken. Een bestuurder mag niet
DA
op een helling rijden tenzij hij/zij goed bekend is met
de machine.
Rijd niet op hellingen van meer dan 15 graden.
Raadpleeg de Hellingsgids, wanneer u de steiltegraad
van de te maaien helling bepaalt.
DE
Als de banden van de maaier tractie verliezen tijdens
het rijden op hellingen, zet de motor indien mogelijk uit
en stap van het bestuurdersplatform aan de bergop-
waarts gelegen zijde.
Nadat de maaier stopt:
EN
• ontkoppel de koppeling van het dek,
• plaats de stuurbedieningshendels in de neutrale
stand,
• schakel de parkeerrem in,
• verwijder de contactsleutel, en
ES
• haal hulp.
Wacht tot de toestand die het probleem veroorzaakte
is opgelost voordat u opnieuw op de helling probeert te
werken.
De terreinomstandigheden kunnen de grip beïnvloeden
FR
en mogelijk verlies van controle van de maaier veroor-
zaken. Sommige omstandigheden om rekening mee te
houden zijn:
• Vochtig terrein
• Gasten in de grond; bv. kuilen, groeven, erosie-
IT
plekken
• Aardhopen
• Grondtype; d.w.z. zand, losse aarde, grind, klei
• Grastype, dichtheid en hoogte
• Zeer droog gras
NL
• Bandendruk
Alle op de maaier gemonteerde hulpstukken beïnv-
loeden ook de manier waarop deze rijdt op een helling.
Houd er rekening mee dat de eigenschappen van elk
hulpstuk variëren.
PT
Een ander punt waarmee rekening moet worden
gehouden op hellingen is wat er zich onder aan de hell-
ing bevindt. Uiterste voorzichtigheid is geboden wan-
neer er zich een gevaar onder aan de helling bevindt.
Sommige voorbeelden zijn:
• Water; bv. meer, rivier
SV
• Rotsen, steunmuren
• Wegen, snelwegen
REV A
• Gebouwen
• Stenen
Dit zijn slechts een paar voorbeelden van situaties
waar voorzichtigheid geboden is bij het rijden op een
helling. Er zijn te veel andere mogelijkheden om hier te
vermelden. Vergeet gewoon niet om uiterst voorzichtig
te werk te gaan wanneer u op een helling rijdt.
Kinderen
Er kunnen zich tragische ongevallen voordoen als de bestu-
urder niet bedacht is op de aanwezigheid van kinderen. Kin-
deren worden vaak aangetrokken tot de maaier en de
maaiactiviteit. Neem nooit aan dat kinderen op de plaats zullen
blijven waar u hen het laatst zag.
 Laat de maaier nooit onbewaakt achter met de sleutel
in het contact, vooral niet als er kinderen aanwezig
zijn.
 Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als zij
de maaier verplaatsen of de maaier proberen te bedi-
enen terwijl deze onbewaakt is. Voordat u het bestu-
urdersplatform verlaat:
• Schakel de dekkoppeling uit.
• Plaats de stuurbedieningshendels in de neutrale
stand.
• Zet de parkeerremhendel in de ingeschakelde
stand voor de parkeerrem.
• Zet de motor af.
• Verwijder de contactsleutel.
 Houd kinderen buiten het maaigebied en onder
toezicht van een andere verantwoordelijke volwassene
dan de bestuurder.
 Wees alert en schakel de maaier uit als kinderen het
gebied betreden.
 Kijk altijd naar beneden en achter u voordat en terwijl u
achteruitrijdt.
 Vervoer nooit kinderen, zelfs niet met de messen uit-
geschakeld. Zij kunnen van de maaier vallen en ernstig
letsel oplopen of een veilig gebruik van de maaier ver-
hinderen. Kinderen die in het verleden hebben meege-
reden,
kunnen
verschijnen voor nog een ritje en worden overreden
door de maaier.
 Laat kinderen nooit de maaier bedienen.
 Ga voorzichtig te werk wanneer u blinde hoeken, strui-
ken, bomen, het eind van een omheining of andere
voorwerpen nadert die uw zicht kunnen beperken.

Voorzorgsmaatregelen voor service

 Tenzij dit specifiek vereist is, mag de motor NIET draa-
ien wanneer onderhoud wordt uitgevoerd aan de maa-
ier of deze wordt bijgesteld.
• Parkeer de maaier op een vlakke ondergrond.
• Schakel de dekkoppeling uit.
2-4
plotseling
in
het
maaigebied
606834CE

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents