Het Apparaat Gebruiken; Thermostaatinstelling; Temperatuurinstellingen Waarschuwingen - Hoover HMIOUS 514EWH User Manual

3 HET APPARAAT GEBRUIKEN

3.1

Thermostaatinstelling

De thermostaat regelt automatisch
de temperatuur in de koel- en vriesruimtes.
Koelkasttemperaturen kunnen worden
verkregen door de knop op een hoger
nummer te draaien; 1 tot 3, 1 tot 5 of SF
(maximale nummers van de thermostaat
zijn afhankelijk van uw product.)
Belangrijke opmerking: Probeer
de knop niet verder te draaien dan
positie 1, daardoor stopt uw
met werken.
Thermostaatknop
Thermostaatinstellingen:
1 - 2: Voor kortdurende bewaring van voedsel
3 - 4: Voor langdurige bewaring van voedsel
5:
Maximale koelpositie. Het apparaat
werkt langer. Verander indien nodig
de temperatuurinstelling.
Als het apparaat SF heeft:
• Draai de knop op SF om vers voedsel
snel in te vriezen. In deze positie werkt
het vriesvak bij lagere temperaturen.
Draai nadat uw voedsel is bevroren
de thermostaatknop op de normale
gebruiksstand. Als u de SF-positie niet
wijzigt, keert uw apparaat automatisch
terug naar de laatst gebruikte
thermostaatpositie volgens de tijd
die in de noot is aangegeven.
Zet de thermostaatschakelaar terug
in de SF-positie en breng deze terug
naar normaal gebruik volgens
de in de noot aangegeven tijd.
Als de thermostaatschakelaar
in de SF--positie staat wanneer
het apparaat voor het eerst wordt gestart,
keert het apparaat automatisch terug
naar de werking in de thermostaat-3
stand volgens de tijd die in de noot
is aangegeven.
3.2
• Uw apparaat is ontworpen om te werken
in de omgevingstemperatuur zoals vermeld
in de normen, volgens de klimaatklasse
zoals vermeld op het informatie-etiket.
Het wordt niet aanbevolen om uw koelkast
te gebruiken in de omgevingen die buiten
apparaat
het aangegeven temperatuurbereik zijn.
Hierdoor wordt de koelefficiëntie van het
apparaat verminderd.
• Temperatuuraanpassingen moeten worden
aangebracht op basis van de frequentie
van de deuropeningen, de hoeveelheid
voedsel die in het apparaat wordt bewaard
en de omgevingstemperatuur op de plaats
van uw apparaat.
• Wanneer het apparaat voor het eerst
wordt ingeschakeld, laat het dan
gedurende 24 uur werken
om de bedrijfstemperatuur te bereiken.
Doe gedurende deze tijd de deur niet
open en bewaar er geen grote
hoeveelheid voedsel in.
• Een vertragingsfunctie van 5 minuten
wordt toegepast om schade aan
de compressor van uw apparaat
te voorkomen bij het aansluiten
op of loskoppelen van het
elektriciteitsnet, of wanneer zich een
stroomstoring voordoet. Het apparaat
begint normaal te werken na 5 minuten.
Klimaatklasse en betekenis:
T (tropisch): Dit koelapparaat is bedoeld
voor gebruik bij een omgevingstemperatuur
van 16 °C tot 43 °C.
ST (subtropisch): Dit koelapparaat
is bedoeld voor gebruik bij een
omgevingstemperatuur van 16 °C tot 38 °C.
N (gematigd): Dit koelapparaat is bedoeld
voor gebruik bij een omgevingstemperatuur
van 16 °C tot 32 °C.
SN (uitgebreid gematigd): Dit koelapparaat
is bedoeld voor gebruik bij een
omgevingstemperatuur van 10 °C tot 32 °C.
NL - 12
Temperatuurinstellingen
waarschuwingen