Spraakbediening
De tv herkent spraak als u in de microfoon voor
spraakbediening praat, waardoor u handelingen uit kunt
voeren zoals het veranderen van tv-zender, het volume
aanpassen, programma's zoeken en zoeken op het
internet.
Als de afstandsbediening niet is geregistreerd bij
≥
(gepaird met) de tv, registreert (pairt) u de
afstandsbediening eerst.
De functies Google Assistant en Amazon Alexa
≥
worden op dit moment mogelijk beoordeeld om in de
toekomst in uw regio gebruikt te kunnen worden. Ze
zullen beschikbaar gemaakt worden wanneer ze klaar
zijn om vrijgegeven te kunnen worden.
De functies Google Assistant en Amazon Alexa zijn in
≥
bepaalde landen of regio's of voor bepaalde zenders
mogelijk niet beschikbaar.
De tv moet verbonden zijn met het internet voor het
≥
uitvoeren van zoekopdrachten enz.
Het effectieve bereik voor spraakbediening is
≥
afhankelijk van de kijkomgeving.
De werking kan incorrect zijn afhankelijk van het soort
≥
stem van de persoon en de manier waarop deze
spreekt, en ook van de omgeving en omstandigheden.
≥
Als er tegelijkertijd andere Bluetooth
verbonden, kan spraakbediening niet goed werken
afhankelijk van de andere verbonden apparaten.
De spraakbediening selecteren (als deze niet is
geselecteerd)
1
Druk op de spraakbedieningsknop
2
Selecteer de spraakdienst voor
spraakbedieningsfunctie.
Er kan slechts een spraakdienst worden gebruikt
≥
op de tv.
≥
Het spraakdienst-selectiescherm kan ook worden
weergegeven via [Spraakbesturing] in de
menubalk.
Bedienen met uw stem
1
Druk op de spraakbedieningsknop
2
Praat in de microfoon voor spraakbediening.
≥
Raadpleeg [eHELP] (Zoeken op doel > Functies >
Spraakbediening) voor informatie over instellingen en
bediening van spraakbediening.
Functies van de spraakbediening en spraakdiensten
≥
kunnen wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving.
(p. 17)
(p. 14)
®
-apparaten zijn
Microfoon voor
spraakbediening
Indicator/Bedieningspaneel
≥
Als u op een van de toetsen 4, 5 of 6 drukt, wordt
gedurende 3 seconden rechts op het scherm een
hulpaanduiding weergegeven die aangeeft welke
toets werd ingedrukt.
1
2, 3
Achterzijde van de tv
1 Voedingslampje
Rood:
Standby
Groene:
Aan
• Past de helderheid van de led automatisch
aan, afhankelijk van de omgevingsverlichting,
naar een prettig kijkniveau.
Oranje:
Stand-by met enkele functies (opname, enz.)
actief of met paneelonderhoud in uitvoering.
Het lampje knippert als er een infraroodsignaal
≥
wordt ontvangen van de afstandsbediening.
2 Sensor omgevingslicht
Detecteert omgevingslichtomstandigheden om het
≥
beeld aan te passen als [Auto Helderheid] en [Auto
Witbalans] (Beeld > Instellingen omgevingssensor)
op [Aan] gezet zijn.
3 Ontvanger van afstandsbedieningssignaal (voor
infraroodcommunicatie)
Plaats geen voorwerpen tussen de
≥
signaalontvanger van de afstandsbediening op de
tv en de afstandsbediening.
4 Selectie ingangsmodus
Druk zo vaak als nodig om de gewenste stand te
≥
selecteren.
Menu
Houd 3 seconden ingedrukt om de menubalk weer
≥
te geven.
OK (in menu's)
5 Kanaal omhoog/omlaag
≥
Cursor omhoog/omlaag (in menu's)
6 Volume omhoog/omlaag
Cursor naar links/rechts (in menu's)
≥
7 Hoofdschakelaar
Hiermee zet u de tv aan of uit.
≥
Om het apparaat volledig uit te schakelen, moet u
≥
het netsnoer uit het stopcontact halen.
[
]: Stand-by / Aan
≥
4
5
6
7
21
Nederlands