Sygonix 2799085 Operating Instructions Manual page 14

Controleer met een geschikt meetapparaat of de leidingen spanningsvrij zijn.
Er moet op worden gelet dat de isolatie van de behuizing niet wordt beschadigd.
Gebruik het product alleen permanent gemonteerd.
Raak het product ook nooit met natte of vochtige handen aan! Er bestaat levensgevaar
door een elektrische schok!
Overbelast het product niet. Neem de gegevens over de maximale belasting in hoofdstuk
"Technische gegevens" in acht.
Een beschadigd product mag alleen worden gerepareerd door de fabrikant, in een door de
fabrikant aangemerkte werkplaats of een gelijkwaardig gekwalificeerd persoon om gevaar-
lijke situaties te voorkomen.
6 Productoverzicht
A Tiptoets
B Status-LEDs
Blauw; brandt continu wanneer
het apparaat is ingeschakeld
Groen; knippert snel als het ap-
paraat in de verbindingsmodus
staat
C in- en uitgang voor de aansluitd-
raden
D 4 schroeven om het product af te
sluiten
E 2 bevestigingsgaten
7 Ingebruikname
7.1 Voorbereiding voor gebruik/montage
Om een juiste ingebruikname te waarborgen moet u deze gebruiksaanwi-
jzing en de veiligheidsvoorschriften vóór gebruik volledig en aandachtig
lezen! Laat in geval van twijfel de installatie en aansluiting door een vakman
uitvoeren.
Gebruik het product alleen permanent gemonteerd.
De aansluiting mag alleen in een spanningsvrije/stroomloze toestand tot stand worden
gebracht. Anders bestaat levensgevaar door een elektrische schok!
Het product is alleen geschikt voor apparaten die op netspanning werken.
Het stroomverbruik van de aangesloten verbruikers mag het nominale vermogen van het
product niet overschrijden. Neem hiervoor het hoofdstuk "Technische gegevens" in acht.
Het product mag aan de netzijde niet op een dimmer worden aangesloten! Het mag alleen
rechtstreeks op de netspanning of via een conventionele schakelaar worden aangesloten.
7.2 Montage
Neem het hoofdstuk "Voorbereiding op inbedrijfstelling/montage" in acht.
Monteer het product eerst voordat u het aansluit.
Als er pluggen nodig zijn om het product op de montageplaats te bevestigen (afhankelijk
van het type ondergrond), teken dan de exacte positie van de twee boorgaten door de
montagegaten (E) heen.
Let er tijdens het boren van de montagegaten resp. het vastschroeven op dat er geen
aanwezige kabels of leidingen worden beschadigd.
Stee, indien nodig 2 pluggen in de boorgaten.
Bevestig de beugel met 2 schroeven op de gewenste plaats.
7.3 Aansluiten
Neem het hoofdstuk "Voorbereiding op inbedrijfstelling/montage" in acht.
Draai nu de 4 schroeven van de behuizing (D) los en verwijder het deksel van de behuizing.
De draden van de beide kabels die op
de WLAN-schakelaar zijn aangeslo-
ten, moeten ongeveer 6 mm worden
gestript.
De aardingsdraad van de ingangskabel moet ongeveer dubbel zo lang zijn als de draden
L en N.
Als u voor de aansluiting flexibele kabels gebruikt, dan moeten de draden van ferrules
worden voorzien! Afhankelijk van de dikte van de draad kan het nodig zijn een dubbele
ferrule te gebruiken voor de twee aardingsdraden.
D
D A
B
C D
6 mm
Aansluitschema ("N" = nuldraad, "L" = plusdraad)
F N_OUT N van de
G L_OUT L van de
H G
aardingsdraad van de voeding en
de uitgangsstroomdraad
I L_IN L van de voeding
J N_IN N van de voeding
Aansluiten
Draai de buitenste moeren van de twee ka-
beldoorvoeren los (C).
Steek de kabels voor de voeding en de uit-
gangskabel door de relevante doorvoer die
C
zich bij de bijbehorende aansluitingen be-
vindt.
Sluit de L van de voeding op de schroefklem
L_IN (I) aan.
Sluit de N van de voeding op de schroefklem
L_IN (J) aan.
Sluit de L van de uitgangskabel op de schro-
efklem L_IN (G) aan.
E
Sluit de N van de uitgangskabel op de schroefklem L_IN (F) aan.
Sluit beide aardingsdraden op schroefklemmen G (H) aan.
Controleer nogmaals alle schroefklemmen om er zeker van te zijn dat ze goed vastzitten.
Plaats na het aansluiten van de WLAN-schakelaar het deksel van de behuizing terug en
bevestig het met de 4 schroeven van de behuizing.
Lijn het deksel zo uit dat de tiptoets (A) tegen de metalen veer op de printplaat aankomt.
Let er ook op dat de afdichting weer correct in de groef ligt.
Schakel nu de voeding in.
Steek daarvoor de stroomkabel in een stopcontact.
Bij een vaste installatie plaatst u de eerder verwijderde zekering terug of schakelt u de
uitgeschakelde stroomonderbreker weer in.
De WLAN-schakelaar start op; dit duurt slechts enkele seconden.
14
uitgangsstroomdraad
uitgangsstroomdraad
F
G
H
I
J