Apparaten in- en uitschakelen
In dit gedeelte vindt u informatie over het in- of uitschakelen van de volgende
apparaten:
Floppy A
SATA#1 Setup
U kunt een apparaat als volgt in- of uitschakelen:
1. Start het programma Setup. Zie "Het programma Setup Utility starten" op
2. In het menu van het programma Setup Utility kiest u Device.
3. Selecteer Floppy Drive Setup of ATA Drives Setup.
4. Kies de gewenste apparaten en instellingen en druk op Enter.
5. Ga terug naar het menu van de Setup Utility en selecteer Exit en daarna Save
Een opstartapparaat kiezen
Als de computer niet opstart vanaf een bepaald apparaat, zoals een schijf, diskette
of vasteschijfstation, gebruikt u een de volgende procedures om een opstart-
apparaat in te stellen.
Een tijdelijk opstartapparaat kiezen
Gebruik deze procedure om op te starten vanaf een willekeurig opstartapparaat.
Opmerking: Niet alle schijven, vasteschijfstations en diskettes zijn opstartbaar.
1. Zet de computer uit.
2. Houd de F12-toets ingedrukt en zet dan de computer aan. Als op het scherm
3. Selecteer het gewenste opstartapparaat in de lijst van apparaten en druk op
Opmerking: Door een opstartapparaat te selecteren in het scherm met Please select
De opstartvolgorde selecteren of wijzigen
Om de ingestelde opstartvolgorde te bekijken of te wijzigen, gaat u als volgt te
werk:
Als deze voorziening is ingesteld op Disabled, is het diskette-
station niet toegankelijk.
Als deze voorziening is ingesteld op Disabled, worden alle appa-
raten die zijn aangesloten op de SATA-aansluitingen (bijvoorbeeld
de vaste schijf of het optische station) uitgeschakeld en niet weer-
gegeven in de systeemconfiguratie.
pagina 9.
Changes and Exit.
Opmerking: Als u de wijzigingen niet wilt opslaan, kiest u Discard Changes
and Exit of Discard Changes.
Please select boot device wordt afgebeeld, laat u de F12-toets los.
Opmerking: Als u een USB-toetsenbord gebruikt en de mededeling Please
select boot device window niet wordt afgebeeld, houd de toets
F12 dan niet voortdurend ingedrukt, maar druk er enkele keren
op nadat u de computer hebt aangezet.
Enter om te beginnen.
boot device, wordt de opstartvolgorde niet permanent gewijzigd.
Hoofdstuk 4. Werken met het programma Setup Utility
11