Beurer BM 28 Instructions For Use Manual page 142

Upper arm blood pressure monitor
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 21
• Aandoeningen aan hart en bloedvaten kunnen leiden tot
foutieve metingen of kunnen de meetnauwkeurigheid
beïnvloeden.
• Gebruik het apparaat niet gelijktijdig met andere medi-
sche elektrische apparaten (ME-apparaten). Dit kan lei-
den tot een storing van de meetapparatuur en/of tot een
onnauwkeurige meting.
• Gebruik het apparaat niet buiten de aangegeven om-
standigheden voor opslag en gebruik. Dit kan leiden tot
onjuiste metingen.
• Gebruik voor dit apparaat uitsluitend de meegeleverde of
de in deze gebruiksaanwijzing beschreven manchetten.
Het gebruik van een andere manchet kan leiden tot on-
nauwkeurige meetresultaten.
• Let op dat de functie van het betreffende ledemaat tij-
dens het oppompen van de manchet kan worden beïn-
vloed.
• Voer de metingen niet vaker uit dan nodig is. Als gevolg
van een beperking van de bloeddoorstroming kunnen er
bloeduitstortingen ontstaan.
• De bloedsomloop mag niet onnodig lang worden afge-
bonden door de bloeddrukmeting. Haal bij storingen van
het apparaat de manchet van de arm.
• Breng de manchet uitsluitend om de bovenarm aan.
Breng de manchet niet om andere delen van het lichaam
aan.
• De luchtslang kan verwurgingsgevaar opleveren voor
kleine kinderen.
• Kleine onderdelen kunnen bij inslikken verstikkings-
gevaar opleveren voor kleine kinderen. Kinderen moet
daarom altijd onder toezicht worden gehouden.
• Laat het apparaat niet vallen, ga niet op het apparaat
staan en schud er niet mee.
• Haal het apparaat niet uit elkaar. Dit kan namelijk leiden
tot beschadigingen, storingen of een onjuiste werking.
• Gebruik het apparaat niet als u elektrische implantaten
(bijv. een pacemaker) hebt.
Algemene veiligheidsmaatregelen
 VOORZICHTIG
• De bloeddrukmeter bestaat uit elektronische onderdelen
en precisieonderdelen. De nauwkeurigheid van de meet-
waarden en de levensduur van het apparaat zijn afhanke-
lijk van de zorgvuldige hantering van het apparaat.
• Bescherm het apparaat en de netadapter tegen schok-
ken, vocht, vuil, sterke temperatuurschommelingen en
direct zonlicht.
• Laat het apparaat op kamertemperatuur komen voordat
u met de meting begint. Als de meetapparatuur rond de
maximale of minimale opslag- en transporttemperatuur
is opgeslagen en in een omgeving met een temperatuur
van 20  °C wordt gebracht, wordt aanbevolen om ca.
2 uur te wachten alvorens de meetapparatuur te gebrui-
ken.
• Gebruik het apparaat niet in de buurt van sterke elektro-
magnetische velden en houd het uit de buurt van radio-
apparatuur of mobiele telefoons.
142

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents