Advertisement
DE UNITS INSTALLEREN
6 DE UNITS INSTALLEREN
Installeer de buitenunit op een schaduwrijke plek of op een
plek waar hij niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht of hoge
temperaturen. Controleer of de ondergrond vlak, waterpas en
sterk genoeg is.
Wanneer u de unit installeert op een dak of balkon, kan het
afvoerwater op koude ochtenden bevriezen. Voorkom daarom
dat het water wordt afgevoerd op een gedeelte dat vaak wordt
gebruikt, om ongelukken door gladheid te voorkomen.
Installeer de buitenunit niet op een locatie waar de wind
rechtstreeks op de buitenventilator kan blazen.
Als u de buitenunit op een met sneeuw bedekte plek installeert,
monteer dan niet-meegeleverde beschermpanelen boven de
unit en de inlaatkant van de warmtewisselaar.
Installeer de buitenunit niet op een plek waar stof of andere
verontreiniging de warmtewisselaar kan blokkeren.
Installeer de buitenunit niet op plekken waar de lucht een hoge
hoeveelheid olie, zout of aggressieve gassen zoals zwavel bevat.
7 NAMEN VAN ONDERDELEN
7.1 RAS-(4-6)FSVNME / RAS-(4-6)FSNME
Nr.
Naam onderdeel
1
Compressor
2
Carterverwarming
3
Afsluiter voor vloeistofleiding
4
Afsluiter voor gasleiding
5
Lagedruksensor
6
Hogedruksensor
7
Hogedrukschakelaar ter beveiliging
7.2 RAS-(8-12)FSXNME
Nr.
Naam onderdeel
1
Compressor
2
Carterverwarming (3 stuks)
3
Afsluiter voor vloeistofleiding
4
Afsluiter voor gasleiding (laag)
5
Afsluiter voor gasleiding (hoog/laag)
6
Lagedruksensor
7
Hogedruksensor
8
Hogedrukschakelaar ter beveiliging
176
PMML0511 rev.3 - 12/2020
Installeer de buitenunit zo, dat het geluid en de luchtuitlaat van
de unit de buren of de omgeving niet storen. Installeer de unit in
een afgesloten ruimte die niet voor iedereen toegankelijk is.
!
•
•
•
•
•
Nr.
Naam onderdeel
8
Terugslagklep
9
Elektromagnetische klep
10
Controlekoppeling
11
Zeef
12
Omkeerklep
13
Accumulator
14
Expansieklep microcomputerregeling
Nr.
Naam onderdeel
9
Terugslagklep
10
Elektromagnetische klep (SVG, SVA)
11
Omkeerklep (RVR
RVR
)
1
2
12
Terugslagverbinding (laag)
13
Terugslagverbinding (hoog)
14
Terugslagverbinding (voor olie)
15
Accumulator
16
Expansieklep microcomputerregeling (
L E T O P
De installatieplek moet goed geventileerd zijn, want in een gesloten
ruimte kan explosie of brand ontstaan.
Gebruik voor reiniging niet-ontvlambare en gifvrije reinigingsvloeistof.
Giftig gas kan vrijkomen wanneer reinigingsmiddelen worden
verhit, bijv. bij blootstelling aan vuur. Verwijder na reiniging alle
reinigingsvloeistof.
Houd bij installatie van de buitenunits voldoende ruimte vrij rondom
de unit voor bediening en onderhoud zoals weergegeven in de
volgende afbeeldingen. Vermijd ook voorwerpen die de luchtinlaat
kunnen hinderen.
Zorg ervoor dat u geen kabels afklemt bij de bevestiging van de
onderhoudsklep, om elektrische schokken of brand te voorkomen.
De randen van de aluminium vinnen zijn zeer scherp. Let erop dat de
vinnen geen letsel kunnen veroorzaken.
Nr.
Elektrische besturingsbox (verschillende
15
voor 1 ph/3 ph)
16
Luchtinlaat
17
Luchtuitlaat
18
Ventilatorpropeller
19
Ventilatormotor
20
Warmtewisselaar
21
Oliescheider
Nr.
17
Elektrische besturingsbox
18
Luchtinlaat
19
Luchtuitlaat
20
Ventilatorpropeller
21
Ventilatormotor
22
Warmtewisselaar
23
Oliescheider
MV
, MV
)
-
Zeef (niet afgebeeld)
B
1
Naam onderdeel
Naam onderdeel
Advertisement
