Bosch CCU-Modul Important Information Manual page 47

nl 5 | CCU-Modul | Inbedrijfstelling
8. Aansluitkabel in CCU-Modul steken. Daarbij op de correcte
oriëntatie van de codeerstift letten (zie afbeelding).
Afb. 4: OBD-aansluitkabel insteken
1 Codeerstift
9. Afdekklep opnieuw sluiten.
10. CCU-Modul, op de montagepositie fixeren (bv. met een
kabelbinder) of als alternatief de houder gebruiken (afb. 1,
pos. 7).
11. CCU-Modul of de houder zodanig bevestigen dat
CCU-Modul niet kan schudden of wegglijden.
12. Aansluitkabel fixeren.
!
De aansluitkabel niet via de vlakken van de geïntegreerde
antenne (afb. 1; pos 1 enn 3) van de CCU leiden en de ge-
bundelde OBD-aansluitkabel niet aan de CCU bevestigen
(daling van het antennevermogen). Ervoor zorgen dat er
geen struikelgevaar door de aansluitkabel ontstaat.
13. Aansluitkabel van de CCU-Modul op de OBD-interface van
het voertuig c.q. met de te gebruiken spanningsvoorzie-
ning (bv. accu bij gebruik van de 2-draads-aansluitkabel)
verbinden.
i
Onderstaande stappen 14 - 17 moeten alleen bij gebruik
van de 2-draads aansluitkabel worden opgevolgd. Bij het
gebruik van de OBD-aansluitkabel kan direct met punt 18
worden verdergegaan.
!
De 2-draadsaansluitkabel mag alleen met een geplaatste
2 A zekering worden gebruikt. De zekeringhouder (afb. 1,
pos. 4) niet verwijderen!
!
Controleer voor de inbouw of de beschermkap (afb. 1,
pos. 1) correct is bevestigd, om het binnendringen van
vocht en stof te voorkomen.
14. Pluspool van de 12 V-voertuigaccu voor de inbouw los-
klemmen.
|
1 689 989 295 2017-06-27
1
15. De rode ader van de 2-draads-aansluitkabel met een conti-
nu stroomgeleidende +12 V kabel (klem 30) verbinden.
5
16. De zwarte ader van de 2-draads-aansluitkabel met een
geschikte massakabel (klem 31) of als alternatief met een
goed toegankelijk aardingspunt aan de carrosserie verbin-
den.
17. Pluspool van de 12 V-voertuigaccu vastklemmen.
18. De zekeringhouder met geschikte middelen vastzetten.
!
De keuze van de verbindingstechniek hangt af van de mon-
tagesituatie en valt onder de verantwoordelijkheid van de
vakwerkplaats. De specificaties van de voertuigfabrikant
moeten bij de inbouw absoluut in acht worden genomen.
Het wordt aanbevolen om van de kabeldoorsneden afhan-
kelijke warmtekrimpende kabelverbinders of warmtekrim-
pende kabelschoenen met ring te gebruiken.
19. Contact inschakelen.
? De LED moet binnen 5 seconden 1x kort oplichten.
!
Wanneer de LED binnen 5 seconden niet oplicht, moet de
correcte verbinding van de aansluitkabel tussen OBD-bus
c.q. de spanningsvoorziening van het voertuig en de CCU
gecontroleerd en daarna stap 18 herhaald worden.
20. Mantel / afdekkingen opnieuw aanbrengen.
21. De volgende gegevens op de servicekaart of de verpakking
van deze CCU-Modul noteren:
$
VIN (voertuigidentificatienummer)
$
Kilometerstand (mileage)
$
Datum en uur van de inbouw
$
optioneel in het veld Remarks: motorcode of RBKey.
Afb. 5: Servicekaart met informatie over CCU-Modul en invulveld
i
De servicekaart moet aan de voertuigdocumentatie wor-
den toegevoegd.
1 2
4 3
Robert Bosch GmbH