Hitachi DB 3DL2 Handling Instructions Manual page 38

Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 7
Nederlands
4. Kontroleer of de accu op de juiste manier aange
bracht is
5. Veranderen van de draaisnelheid
Gebruik de toerenschakelaar om de draaisnelheid te
veranderen. Druk op de vergrendeltoets en schuif de
toerenschakelaar in de richting van de pijl (zie Afb. 5
en 6).
Door de toerenschakelaar op „LOW" te zetten, draait
de boor met lage snelheid. Wanneer de toets „HIGH"
gezet wordt, draait de boor op hoge snelheid.
LET OP
○ Voor u het toerental wijzigt met de toerenschakelaar
moet u controleren of de schakelaar uit staat.
De motor wordt beschadigd wanneer de draais nelheid
veranderd wordt tijdens het draaien van de motor.
○ Wanneer er tijdens de klus veel kracht gezet moet
worden zet dan de toerenschakelaar op „LOW"
(LAAG). Wanneer de toerenschakelaar op „HIGH"
(HOOG) is ingesteld kan de motor uibranden of defect
raken.
6. Controleer de stand van de koppelingsinstelling
(Zie Afb. 7)
Het aantrekkoppel wordt ingesteld aan de hand van de
stand van deze koppelingsinstelling.
(1) Bij gebruik van deze machine als schroevendraaier
plaatst u één van de nummers „1, 5 9... 21" op de
koppelingsinstelling, of zwarte stippen, tegenover het
driehoekje op de machine.
(2) Bij gebruik van deze machine als boor plaatst u de
boor-markering
tegenover het driehoekje.
LET OP
○ De koppelingsinstelling mag niet in een stand worden
gezet tussen de nummers „1, 5, 9 ... 21" of de zwarte
stippen in.
○ Gebruik de machine niet met de koppelingsinstelling
tussen „22" en het zwarte streepje in het midden van
de boor-markering. Dit kan resulteren in beschadiging
(Zie Afb. 8).
7. Afstelling van het aantrekkoppel
(1) Aantrekkoppel
Instelling van het aantrekkoppel van de boor dient
te gebeuren op basis van de schroefdiameter. Wan
neer teveel kracht bij het aandraaien gebruikt wordt,
zal de schroef beschadigd en misschien onbruikbaar
worden. Plaats de koppelingsinstelling in een stand
die geschikt is voor de diameter van het soort schroef
in gebruik.
(2) Aanduiding van het aantrekkoppel (Zie Afb. 7).
Het aantrekkoppel verschilt afhankelijk van het type
schroef en het soort materiaal dat wordt vastgezet.
De unit geeft het aantrekkoppel met de nummers „1, 5,
9 ... 21" en zwarte puntjes op de koppelingschaal. Het
aantrekkoppel bij stand „1" is het kleinst en het koppel
wordt groter naarmate het nummer oploopt.
(3) Instellen van het aantrekkoppel (Zie Afb. 7).
Draai de koppelingschaal en zet de nummers „1, 5,
9 ... 21" of de puntjes op de koppelingschaal in één lijn
met de driehoekmarkering op de buitenkant. Draai de
koppelingsinstelling in de richting van een zwakker of
sterker aantrekkoppel overeenkomstig het koppel dat
u nodig heeft.
LET OP
○ Het kan voorkomen dat de motor stopt wanneer het
apparaat als een dril gebruikt wordt. Zorg ervoor dat de
boor schroef-machine niet vast loopt tijdens gubruik.
38
"
op
de
koppelingsinstelling
○ Als u de toerenschakelaar op „HIGH" (hoog toerental)
zet, terwijl de koppelingsinstelling op „17" of „22"
staat, kan het gebeuren dat de koppeling doorslipt en
dat de motor vast komt te staan. Zet in dat geval de
toerenschakelaar op „LOW" (laag toerental).
○ Schakel de netspanning onmiddelijk uit wanneer de
motor vast loopt. Dit om te voorkomen dat de motor of
accu beschadigd wordt.
○ Wanneer te lang gedraaid wordt kan de schroef
breken.
8. Schakelen
(1) Vergrendelingsschakelaar
Het
gereedschap
vergrendelingsschakelaar.
hoofdschakelaarsvergrendeling
de
vergrendelingsschakelaar
(VERGRENDELING) stand zetten. Zet de schakelaar
in de tegenovergestelde stand om het gereedschap te
gebruiken. (Afb. 9)
LET OP
Zet
de
vergrendelingsschakelaar
„▼LOCK" stand wanneer het gereedschap vervoerd of
opgeslagen wordt om per ongeluk opstarten van het
gereedschap te voorkomen.
(2) Hoofdschakelaar
De
hoofdschakelaar
motorschakelaar en de keuzeschakelaar voor de
draairichting. Wanneer de hoofdschakelaar naar „R"
wordt geduwd (aangegeven op de hoofdschakelaar),
draait het bit naar rechts. Wanneer de hoofdschakelaar
naar „L" wordt geduwd, draait het bit naar links.
Het gereedschap stopt met werken wanneer de
hoofdschakelaar wordt losgelaten. (Afb. 10)
9. Het licht gebruiken.
Het licht gaat branden wanneer de lichtschakelaar
wordt ingedrukt. Wanneer de lichtschakelaar opnieuw
wordt ingedrukt, gaat het licht uit. (Afb. 11).
LET OP
Kijk niet rechtstreeks naar het licht. Dit kan tot
oogletsel leiden.
10. Het
gereedschap
pistoolconfi guratie gebruiken.
Gebruik het gereedschap in beperkte ruimten in de
rechte confi guratie. Gebruik de pistoolconfi guratie
in andere ruimten. Selecteer de confi guratie die het
best bij de toepassing past. Het gereedschap maakt
een klikgeluid wanneer het tijdens het wijzigen van de
confi guratie op zijn plaats klikt. Buig (of verleng) het
gereedschap totdat u het klikgeluid hoort.
LET OP
Tijdens het gebruik van het gereedschap in de
pistoolconfi guratie moet u oppassen dat u het
gereedschap niet bij het buiggedeelte vasthoudt
wanneer u het gereedschap opnieuw recht zet. Uw
vinger of ander deel van uw hand kan klem komen te
zitten en tot letsel leiden (Afb. 12).
11. Manieren en suggesties voor gebruik
Tabel
2 geeft een overzicht van de diverse
werkzaamheden
die
worden uitgevoerd op basis van de mechanische
eigenschappen van dit gereedschap.
is
voorzien
van
Om
te
activeren,
op
de
„▼
LOCK"
altijd
op
doet
dienst
als
in
de
rechte
met
dit
apparaat
kunnen
een
de
de
een
of

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents