Montage - Bosch PowerPack 300 Original Instructions Manual

Performance line
Hide thumbs Also See for PowerPack 300:
Table of Contents

Advertisement

Available languages
  • EN

Available languages

  • ENGLISH, page 27
Boordcomputer
Productnummer
Laadstroom
USB-aansluiting max.
Laadspanning
USB-aansluiting
1)
USB-laadkabel
Bedrijfstemperatuur
Bewaartemperatuur
Laadtemperatuur
2)
Type bescherming
Gewicht, ca.
1) wordt niet standaard meegeleverd
2) bij gesloten USB-beschermkapje
Bosch eBike-systeem gebruikt FreeRTOS (zie www.freertos.org)
Fietsverlichting*
Nominale spanning
Capaciteit
– Voorlicht
– Achterlicht
* Afhankelijk van wettelijke regelingen niet in alle, per land verschillende
uitvoeringen via accu van eBike mogelijk

Montage

Accu plaatsen en uitnemen
Voor het plaatsen van de eBike-accu in de eBike en voor het
uitnemen dient u de gebruiksaanwijzing van de accu te lezen
en in acht te nemen.
Boordcomputer plaatsen en uitnemen
(zie afbeelding A)
Voor het plaatsen van de boordcomputer 3 schuift u hem van
voren in de houder 4.
Voor het uitnemen van de boordcomputer 3 drukt u op de
vergrendeling 15 en schuift u hem naar voren uit de houder 4.
 Als u de eBike parkeert, verwijdert u de boordcom-
puter.
Het is mogelijk om de boordcomputer in de houder tegen het
verwijderen te beveiligen. Demonteer hiervoor de houder 4
van het stuur. Plaats de boordcomputer in de houder. Schroef
de blokkeerschroef 16 (schroefdraad M3, 8 mm lang) van on-
deren in de daarvoor bestemde schroefdraad van de houder.
Monteer de houder opnieuw op het stuur.
Bosch eBike Systems
Intuvia
1 270 020 909
mA
500
V
1 270 016 360
°C
–5...+40
°C
–10...+50
°C
0...+40
IP 54 (stof- en spat-
waterbescherming)
kg
0,15
V
W
8,4
W
0,6
Snelheidssensor controleren (zie afbeelding B)
De snelheidssensor 17 en de bijbehorende spaakmagneet 18
moeten zodanig gemonteerd zijn dat de spaakmagneet bij een
omwenteling van het wiel op een afstand van minimaal 5 mm
en maximaal 17 mm langs de snelheidssensor beweegt.
Opmerking: Is de afstand tussen snelheidssensor 17 en
5
spaakmagneet 18 te klein of te groot of is de snelheidssensor
17 niet juist aangesloten, dan valt de snelheidsmeterindicatie
f uit en de eBike-aandrijving werkt in het noodloopprogramma.
Draai in dit geval de schroef van de spaakmagneet 18 los en
bevestig de spaakmagneet zo aan de spaak dat hij op de juiste
afstand voorbij de markering van de snelheidssensor komt.
Verschijnt ook daarna geen snelheid op de snelheidsmeterin-
dicatie f, neem dan met een geautoriseerde fietsenhandelaar
contact op.
Gebruik
Ingebruikneming
Voorwaarden
6
Het eBike-systeem kan alleen geactiveerd worden als de vol-
gende voorwaarden vervuld zijn:
– Een voldoende geladen accu is geplaatst (zie gebruiksaan-
wijzing van de accu).
– De boordcomputer is juist in de houder geplaatst
(zie „Boordcomputer plaatsen en uitnemen",
pagina Nederlands–3).
– De snelheidsensor corect is gemonteerd (zie „Snelheids-
sensor controleren", pagina Nederlands–3).
eBike-systeem in- en uitschakelen
Als u het eBike-systeem wilt inschakelen, heeft u de volgen-
de mogelijkheden:
– Is de boordcomputer bij het aanbrengen in de houder al
ingeschakeld, dan wordt het eBike-systeem automatisch
ingeschakeld.
– Druk bij een geplaatste boordcomputer en geplaatste
eBike-accu een keer kort op de aan/uittoets 5 van de
boordcomputer.
– Druk bij een geplaatste boordcomputer op de aan-/uittoets
van de eBike-accu (zie gebruiksaanwijzing van de accu).
De aandrijving wordt geactiveerd, zodra u op de pedalen trapt
(behalve bij de functie duwhulp/vertrekhulp, zie „Duwhulp/
vertrekhulp in-/uitschakelen", pagina Nederlands–5). Het
motorvermogen richt zich naar het ingestelde ondersteu-
ningsniveau op de boordcomputer. Zodra het systeem geacti-
veerd wordt, verschijnt gedurende korte tijd „Performance
Line/Performance Line CX" op het display.
Zodra u bij normaal gebruik niet meer op de pedalen trapt of
zodra u een snelheid van 25/45 km per uur heeft bereikt,
wordt de ondersteuning door de aandrijving van de eBike uit-
geschakeld. De aandrijving wordt automatisch weer geacti-
veerd zodra u op de pedalen trapt of de snelheid onder
25/45 km per uur daalt.
Nederlands–3
0 276 001 SPI | (3.6.15)

Hide quick links:

Advertisement

Table of Contents
loading

Table of Contents